Wolwevershaven
-
Damiatebrug
- Datering: 1855
- Oorspronkelijke functie: Brug
- Architect: Itz
Omschrijving
In 1855 naar ontwerp van de toenmalige gemeentearchitect G.N. Itz aangelegde dubbele ijzeren OPHAALBRUG - vervaardigd door de Haagse gieterij Enthoven & Co. - ter vervanging van een houten voorganger nabij het Damiatebolwerk over de Wolwevershaven, en genaamd Damiatebrug.
De uit geklonken ijzeren profielen en andere toebehoren samengestelde brug heeft een houten wegdek en houten balkleuningen; op de met natuursteen beklede brughoofden zijn gietijzeren balusterleuningen, met naamplaat, aangebracht. Op de van voluten, vier- en zespasvormen voorziene hameipoorten rusten de smeedijzeren balansen waarvan de windverbanden bij de waterzijde in het midden in een versierde knop samenkomen.
Midden-19e-eeuwse dubbele gietijzeren ophaalbrug van belang uit civieltechnisch en bouwhistorisch oogpunt wegens type, vormgeving en materiaalgebruik, alsook uit oogpunt van markante silhouetwaarde.
Publicaties
- Jan Willem Boezeman, Dordtse bruggen op de Rijksmonumentenlijst, tijdschrift Dordrecht Monumenteel nr.50 2014.
- Annet Meffert en Ruus Schook, G.N. Itz: Stadsbouwmeester van Dordrecht 1832-1867, 1985.
Externe links
-
Schroevendok Straatman
- Datering: 1928
- Oorspronkelijke functie: Scheepslift
Inleiding
SCHEEPSLIFT of schroevendok uit 1928, gesitueerd in de Wolwevershaven, in oorsprong gebouwd ten behoeve van de tegenoverliggende Machinefabriek L. Straatman Ketelmakerij. Het dok werd gebruikt om schepen deels uit het water te lichten zodat vanaf drijvende, houten vlonders de scheepsroeren en schroeven gerepareerd of vervangen konden worden.
Omschrijving
De scheepslift heeft een geklonken stalen constructie met een dwarsverbinding in de vorm van een vakwerkspant met N-liggers. De takelwerken aan beide zijden worden beschermd door middel van een stalen omhuizing met een rondgebogen dak en met een stalen omloop. Tussen de vertikale pijlers hangt een gevlochten mat van touw waarop de romp van een schip kan rusten. Beide pijlers zijn aan de bovenzijde verbonden met een brede plaat waarop de firmanaam L. Straatman, Machinefabriek/Ketelmakerij en reparatie/nieuwbouw staan vermeld.
Waardering
De vroeg twintigste-eeuwse scheepslift is van algemeen belang vanwege de bouwhistorische en de industrieel-archeologische waarde en vanwege de typologische waarde.
- De takel is van industrieel-archeologische belang als zeldzaam voorbeeld van een vroeg twintigste-eeuwse inrichting voor scheepsreparatie in een binnenhaven.
- De takel is van bouwhistorisch belang vanwege de kwaliteiten van het ontwerp, vanwege de detaillering en de materiaaltoepassing.
- De scheepstakel heeft typologische waarde en heeft een historisch-functionele relatie met de bedrijvigheid aan de Kuipershaven en het bedrijf van de fam. Straatman.
Opmerking
Het schroevendok behoorde toe aan de Machinefabriek L. Straatman Ketelmakerij die van 1902 tot 1996 aan de Kuipershaven gevestigd was. Het voormalige fabriekspand maakt nu deel uit van een appartementencomplex.
Publicaties
- Albert van Engelenhoven, Dordrecht in historisch perspectief aflevering 3: Straatman aan de Kuipershaven, december 1997.
- Sjoerd de Meer, Verhalen van Dordrecht 31: Van zeil naar stoom en diesel - Dordrecht en de binnenvaart, 2015.
Externe links
-
Wolwevershaven 3
- Datering: 1896
- Oorspronkelijke functie: Woonhuis
- Bouwstijl: Eclecticisme
- Postcode: 3311AV
Inleiding
WOONHUIS uit 1896 in de stijl van de Neo-Hollandse Renaissance. In 1909 is het pand rechtsachter, op het belendende perceel, uitgebreid met een nieuwe keuken en bergplaats.
NB In 1949 is ter plaatse van de tuin, rechts van het huis, een garage gebouwd.
Omschrijving
Het woonhuis heeft een rechthoekige plattegrond en is opgetrokken in rode baksteen. Het pand heeft een kelder, twee bouwlagen en een kaplaag onder een afgeknot schilddak bedekt met kruispannen. Links twee gemetselde schoorstenen. Rondom een geornamenteerde ijzeren dakbalustrade. Houten daklijst op consoles. Het woonhuis heeft rechthoekige schuifvensters met houten kozijnen.
De voorgevel (zuid) is gemetseld in rode strengperssteen en heeft een gestucte plint met twee ventilatieroosters. Gestucte deur- en raamomlijstingen met kroonlijsten op consoles met triglyfen. Over de gehele gevel gestucte speklagen die in de linkerzijgevel doorlopen.
De voorgevel heeft drie traveëen waarvan de rechter iets terugligt. Hier bevindt zich het entreeportiek bereikbaar via drie hardstenen treden. Het portiek heeft gestucte wanden met schijnvoegen en vloertegels met ingelegde decoraties die per vier één patroon vormen. Paneeldeur met twee ruitvormige vensters met frontons en een bovenlicht met diagonale roedenverdeling. Kalf met eierlijstje. De deuromlijsting wordt bekroond door een samenstel van twee pilasters en een fronton, waarin het jaartal 1896 in beslagwerk.
De beide vensters op de begane grond hebben bovenlichten met glas-in-lood en worden bekroond door een rondboogvormig fronton. In de boogtrommels stucwerk met in reliëf neorenaissance motieven.
Op de verdieping vensters met glas-in-loodbovenlichten, geplaatst in gestucte raamomlijstingen met gekorniste kroonlijstjes. Hierboven een fries van met motieven beschilderde tegels en een houten daklijst die rust op consoles met triglyfen. Hierboven een attiek met op de hoeken pironnen doorbroken door een dakkapel met T-venster en glas-in-loodbovenlicht. De dakkapel heeft aan weerszijden gestucte pilasters waarop een rondboogvormig fronton rust met een Mercuriuskopje in de sluitsteen omrand met witte verblendsteen. De kapel wordt bekroond met een ijzeren piron. Rechts in de kap een dakhuisje met piron.
De linker zijgevel (west) heeft gestucte speklagen. De rechter zijgevel is blind.
De achtergevel (noord) grenst direct aan de Oude Maas. Op de begane grond een T-venster en een deur met zij- en bovenlichten, op de eerste verdieping een raam en een deur en op de tweede verdieping twee T-vensters.
Het interieur bevat ondermeer de volgende oorspronkelijke onderdelen; een tochtportaal en gang met marmeren vloeren en lambrizering van geperste tegels in Art Nouveaustijl. Geëtst glas in tochtdeur met de initialen F.V. en de signatuur van J. Broere uit Rotterdam. Volledig betegelde keuken uit 1906 met gesjabloneerde randen, ovenafvoer met schildpadtegels en ingebouwde kasten. Scheluwetrap met betegelde muur.
Waardering
Uit 1896 daterend woonhuis in Neo-Hollandse Renaissancestijl van algemeen belang uit cultuurhistorisch en architectuurhistorisch oogpunt, alsook van belang vanwege ensemblewaarde met de panden aan een van de voornaamste binnenhavens van Dordrecht.
Publicaties
- Angenetha Balm-Kok, Het Damiatenbolwerk met de houttuin Damiaten: de bewoningsgeschiedenis van Wolwevershaven 3 te Dordrecht, 2009.
- Jaap Bouman, Verhalen van Dordrecht 2: Gezichten van Dordrecht, 2010.
Externe links
-
Wolwevershaven 5
- Datering: 1863
- Oorspronkelijke functie: Woonhuis
- Postcode: 3311AV
Omschrijving
PAND met eenvoudige, gepleisterde lijstgevel (XIX c) ter breedte van vier assen. Empire schuiframen. Raamhekken XIX c.
Stoep met hekken.
Gebouw van eenvoudige doch harmonische architectuur en van oudheidkundige waarde.
Publicaties
- Angenetha Balm-Kok, Het herenhuis voorheen 'De Wolwever': de bewoningsgeschiedenis van Wolwevershaven 5 te Dordrecht, 2009.
Externe links
-
Wolwevershaven 6
- Datering: 1893
- Oorspronkelijke functie: Woonhuis
- Bouwstijl: Neoclassicisme
- Architect: Veth
- Postcode: 3311AV
Omschrijving
PAND met rijk met stucwerk versierde, gepleisterde gevel (XIX c). Pilasterstellingen en rijk gedecoreerde top.
Gebouw van eenvoudige doch harmonische architectuur en van oudheidkundige waarde.
Publicaties
- Angenetha Balm-Kok, De bewoningsgeschiedenis van het herenhuis Wolwevershaven 6 te Dordrecht, 2012.
- Vereniging Oud-Dordrecht, Dordtse stenen kunnen nog meer vertellen: Eerste stenen in Binnenstad en 19de-eeuwse Schil, Jaarboek 2020.
- Werkgroep "Het Nieuwe Werck", Huibert Willem Veth 1833-1909: Architect te Dordrecht, tijdschrift Dordrecht Monumenteel nr.28 2008.
Externe links
-
Wolwevershaven 7
- Datering: 1835-1840
- Oorspronkelijke functie: Woonhuis
- Bouwstijl: Traditionalisme
- Postcode: 3311AV
Algemene beschrijving
Woonhuis, oorspronkelijk twee woonhuizen.
Ligging
Het pand staat aan de Wolwevershaven, aan de achterzijde grenzend aan de Maas en aan beide zijden grenzend aan een rijksmonument.
Hoofdvorm
Pand op rechthoekig grondplan in drie bouwlagen waarvan één in de kap.
Bouwgeschiedenis
De Wolwevershaven werd in 1609 gegraven om de verzanding van de Nieuwe Haven tegen te gaan. Aan beide zijdes van de haven werden kades aangelegd, waar bedrijven en pakhuizen werden gevestigd. De stad subsidieerde wolwevers of drapeniers die zich hier vestigden. Naar hen werd de haven Drappiershaven of Wolwevershaven genoemd. In de loop van de tijd bouwde men steeds meer grote woonhuizen op deze locatie. In de 17e, maar vooral in de 18e eeuw was dit de plek voor de elite van Dordrecht.
Het perceel van het huidige pand maakte onderdeel uit van een perceel waar een groot herenhuis was gevestigd. De eerste bekende eigenaar van deze grond was Jacob Trip, een broer van de bekende Amsterdamse broers Louis en Hendrick Trip.
Wolwevershaven 7 is een samenvoeging van twee woningen. De metselaar W. Verhoeven had het herenhuis in 1835 gekocht en zonder toestemming gesloopt. Het oostelijke huis heeft hij afgebouwd, na zijn overlijden heeft zijn zoon M. Verhoeven het westelijke huis gebouwd en verkocht.
In 1912 wordt het westelijke huis zo goed als afgebroken en opnieuw gebouwd door de architect-aannemer T.H. Pols Dzn. De eigenaar A.H. Nebbens Sterling krijgt daarna de kans om het buurhuis te kopen, en laat dit in 1918 verbouwen, zodat één grote woning ontstaat.
In 1934 wordt het pand gekocht door de heer M.J. Spierdijk, bekend in Dordrecht als winkelier in meubelen. Sindsdien is het in de familie gebleven.
Beschrijving exterieur per gevel
Voorgevel
De gevel is boven een hoge met hardstenen platen beklede plint opgetrokken in licht rode baksteen in kruisverband met gesneden voegwerk.
Het linker geveldeel is gebouwd in 1912 en als risaliet iets vooruitgeschoven en opgetrokken in drie bouwlagen. Het wordt beëindigd met een kunststenen lijst, die in het midden opwaarts is gebogen, tussen uitkragende pilasters die zijn bekroond met een bewerkt dekblok.
Op de begane grond bevindt zich aan de linker zijde een met een natuurstenen latei gesloten gevelopening. De latei is onderdeel van een doorlopende speklaag. Boven de latei bevindt zich een met een steens segmentboog tussen natuurstenen aanzetblokken gesloten gevelopening, waarin een natuurstenen vulling met drie smalle rondboogopeningen is opgenomen. De aanzetblokken vormen onderdeel van een doorlopende speklaag.
Diep terugliggend bevindt zich de entree van de woning. In het kozijn bevindt zich onder een opwaarts gebogen kalf een hardhouten paneeldeur met een klein rond venster achter een smeedijzeren rooster. Boven het kalf bevindt zich een twaalfruits bovenlicht. Voor de entree ligt een stoep van zeven hardstenen treden.
Rechts van de entree bevinden zich twee vensteropeningen met een schuifvenster met een ongedeeld onderraam en een twaalfruits bovenraam met een glas-in-loodvulling.
Op de eerste verdieping bevindt zich een op drie consoles uitkragende driezijdige erkeruitbouw. Boven een lage gemetselde borstwering bevindt zich een drielicht met aan elke zijde een schuifvenster met een ongedeeld onderraam en een twaalfruits (midden) respectievelijk zesruits (buitenzijden) bovenraam met een glas-in-loodvulling. De erker is voorzien van een plat dak, dat in het midden opwaarts is gebogen.
Op zolderniveau bevinden zich boven een doorlopende hardstenen lekdorpel drie met een segmentboog gesloten vensteropeningen. In de middelste bredere vensteropening bevindt zich een schuifvenster met een ongedeeld onderraam en een twaalfruits bovenraam. In de smalle vensteropeningen aan weerszijden bevindt zich een schuifvenster met een ongedeeld onderraam en een zesruits bovenraam.
Het rechter geveldeel dateert van 1918 en telt twee bouwlagen beëindigd met een op consoles uitkragende houten dakrand boven een gemetseld ladderfries, tussen uitkragende pilasters met een hardstenen dekplaat.
Op de begane grond bevinden zich twee vensteropeningen met een tweelicht met schuifvensters met een ongedeeld onderraam en een zesruits bovenraam met een glas-in-loodvulling.
Op de eerste verdieping bevinden zich twee vensteropeningen met een kruiskozijn met een ongedeeld onderramen en zesruits bovenramen. Alle glasopeningen zijn voorzien van een glas-in-loodvulling.
Op zolderniveau ligt de gevel terug achter een balkon, begrenst aan de voorzijde door een smeedijzeren spijlenhekwerk. In de gevel bevinden zich meerdere venster- en deuropeningen. De gevel wordt beëindigd met een op consoles uitkragende houten dakrand.
Achtergevel
Geen opname.
Gevels binnenplaats
Geen opname.
Kap
Het pand bezit een plat dak met zijschilden afgewerkt met natuurlei.
Beschrijving interieur per bouwlaag
Geen opname, vermoeden van origineel interieur.
Waardering
Cultuurhistorische waarde
Het pand is van cultuurhistorisch belang als representatief voorbeeld van een herenhuis, gerealiseerd in het begin van de 20e eeuw in een stadsdeel van Dordrecht waar al vanaf de 17e eeuw bedrijvigheid steeds meer plaats ging maken voor statige woningen.
Architectonische waarde
Het pand is van architectuurhistorisch belang door de kwaliteit van het ontwerp en de detaillering. De diepliggende entree en de beëindiging van de gevel zijn zorgvuldig ontworpen onderdelen.
Gaafheid
Het pand is van belang vanwege de herkenbaarheid en gaafheid van het exterieur. De bouwkundige staat is goed.
Situering
Het pand heeft stedenbouwkundige waarde als onderdeel van de monumentale gevelwand aan de Wolwevershaven in beschermd stadsgezicht en aan de achterzijde door de bijzondere ligging aan de rivier.
Publicaties
- Angenetha Balm-Kok, De bewoningsgeschiedenis van Wolwevershaven 7 te Dordrecht, 2009.
- Jaap Bouman, Verhalen van Dordrecht 2: Gezichten van Dordrecht, 2010.
- Herman A. van Duinen, Verhalen van Dordrecht 20: Dieren in de Dordtse binnenstad - Van griffioen tot giraffe, 2010.
Bijlage
-
9122391.pdf (opent in een nieuw venster)
Externe links
-
Wolwevershaven 8
- Datering: 1840
- Oorspronkelijke functie: Woonhuis
- Postcode: 3311AV
Omschrijving
PAND met lijstgevel (XIX b). Empire schuiframen.
Stoep met stoephek.
Rechtse van drie goede gevels.
Gebouw van eenvoudige doch harmonische architectuur en van oudheidkundige waarde.
Publicaties
- Angenetha Balm-Kok, De bewoningsgeschiedenis van Wolwevershaven 8, 2009.
- Jaap Bouman, Verhalen van Dordrecht 2: Gezichten van Dordrecht, 2010.
- Vereniging Oud-Dordrecht, Dordtse stenen kunnen nog meer vertellen: Eerste stenen in Binnenstad en 19de-eeuwse Schil, Jaarboek 2020.
Externe links
-
Wolwevershaven 9
- Datering: XVIII-B
- Oorspronkelijke functie: Woonhuis
- Postcode: 3311AV
Omschrijving
PAND met lijstgevel (XVIII B). Vijf vensters breed. Deur met pilasteromlijsting en bovenlicht. Empire schuiframen. Rechts in de gevel een getoogd kelderpoortje. In het omlopend schilddak twee dakkapellen.
Stoep met smeedijzeren hek.
TUINHUIS (XVIII) aan de rivierzijde.
Fraai gebouw van eenvoudige doch harmonische architectuur en van oudheidkundige waarde.
Opmerking
Sinds 2011 is hier museum Het Dordts Patriciërshuis gevestigd.
Publicaties
- Angenetha Balm-Kok, Het Patriciërshuis Wolwevershaven 9 te Dordrecht, 2009.
- Angenetha Balm-Kok, Het Dordtse Trippenhuis, tijdschrift Vereniging Oud-Dordrecht nr.2 2009.
- Jan Willem Boezeman, Koloniale zilverkoorts, tijdschrift Dordrecht Monumenteel nr.85 2023.
- Jaap Bouman, Verhalen van Dordrecht 2: Gezichten van Dordrecht, 2010.
- Sidney Breidel & Rowan van der Stelt, Verhalen van Dordrecht 43: Slavernijverleden Dordrecht - Dordts Patriciërshuis, 2023.
- Cees de Geus, Het Dordts patriciërshuis Museum aan de Maas en de 18de-eeuwse kunstschilders uit Dordrecht, tijdschrift Vereniging Oud-Dordrecht nr.1 2012.
- Cees de Geus, Het nieuwe huismuseum aan de Wolwevershaven te Dordrecht, tijdschrift Dordrecht Monumenteel nr.42 2012.
- Hans Wetemans, De stadsmuur achter de Wolwevershaven, tijdschrift Vereniging Oud-Dordrecht nr.2 2017.
Externe links
-
Wolwevershaven 10-11
- Datering: 1800
- Oorspronkelijke functie: Woonhuis
- Postcode: 3311AV
Omschrijving
PAND met eenvoudige lijstgevel (ca. 1800) ter breedte van vier vensterassen. Huis met schilddak.
Gebouw van eenvoudige doch harmonische architectuur en van oudheidkundige waarde.
Publicaties
- Angenetha Balm-Kok, De bewoningsgeschiedenis van Wolwevershaven 10-11 te Dordrecht, 2009.
- Vereniging Oud-Dordrecht, Dordtse stenen kunnen nog meer vertellen: Eerste stenen in Binnenstad en 19de-eeuwse Schil, Jaarboek 2020.
Externe links
-
Wolwevershaven 12
- Datering: XIX-c
- Oorspronkelijke functie: Woon-kantoorpand
- Postcode: 3311AV
Omschrijving
PAND met gepleisterde lijstgevel (XIX c) met stucdecoraties en consoles onder de kroonlijst.
Gebouw van eenvoudige doch harmonische architectuur en van oudheidkundige waarde.
Publicaties
- Angenetha Balm-Kok, Thuis in de 'haven': de historie van Wolwevershaven 12, 2022.
- Jaap Bouman, Verhalen van Dordrecht 2: Gezichten van Dordrecht, 2010.
Externe links
-
Wolwevershaven 13
- Datering: XIX-c
- Oorspronkelijke functie: Woonhuis
- Postcode: 3311AV
Omschrijving
PAND met eenvoudige lijstgevel met geprofileerde houten vensteromlijstingen en dakvenster (XIX c).
Gebouw van eenvoudige doch harmonische architectuur en van oudheidkundige waarde.
Externe links
-
Wolwevershaven 14-15
- Datering: XIX-c
- Oorspronkelijke functie: Woonhuis
- Postcode: 3311AV
Omschrijving
PAND met gepleisterde lijstgevel (XIX c) met stucdecoraties.
Gebouw van eenvoudige doch harmonische architectuur en van oudheidkundige waarde.
Publicaties
- Angenetha Balm en Jan Willem Boezeman, Waar woonde François Valentijn?, tijdschrift Vereniging Oud-Dordrecht nr.3 2010.
- Angenetha Balm en Jan Willem Boezeman, Waar woonde François Valentijn?, tijdschrift Dordrecht Monumenteel nr.38 2011.
- Sidney Breidel & Rowan van der Stelt, Verhalen van Dordrecht 43: Slavernijverleden Dordrecht - Voormalig woonhuis François Valentijn, 2023.
Externe links
-
Wolwevershaven 16
- Datering: 1889
- Oorspronkelijke functie: Woonhuis
- Bouwstijl: Eclecticisme
- Architect: Veth
- Postcode: 3311AV
Algemene beschrijving
Rechter woonhuis van een complex van drie woonhuizen (Wolwevershaven 16, 17 en 18).
Ligging
Het complex van panden ligt aan de Wolwevershaven op een perceel tussen de kade en de rivier. Nummer 16 is grenst rechts aan het rijksmonument Wolwevershaven 14.
Hoofdvorm
Pand op rechthoekig grondplan in drie bouwlagen waarvan één in de kap.
Bouwgeschiedenis
De Wolwevershaven werd in 1609 gegraven om de verzanding van de Nieuwe Haven tegen te gaan. Aan beide zijdes van de haven werden kades aangelegd, waar bedrijven en pakhuizen werden gebouwd. De stad subsidieerde wolwevers of drapeniers die zich hier vestigden. Naar hen werd de haven Drappiershaven of Wolwevershaven genoemd. In de loop van de tijd bouwde men steeds meer grote woonhuizen op deze locatie. In de 17e, maar vooral in de 18e eeuw was dit de plek voor de elite van Dordrecht.
In 1889 wordt een vergunning verleend voor de bouw van een complex van drie woningen naar het ontwerp van de Dordtse architect H.W. Veth (1833-1909).
In 1970 wordt een badkamer aan de achterzijde op de eerste verdieping vernieuwd.
Verder zijn de ramen in de voorgevel vervangen door nieuwe ramen met een T-indeling en dubbel glas.
Beschrijving exterieur per gevel
Voorgevel
De gevel is opgetrokken in lichtrode strengperssteen met vrij dunne voegen met iets terugliggend voegwerk. Tot het niveau van de begane grond is de gevel voorzien van een plint in de vorm van een bekleding van hardstenen platen. Hierin zijn twee horizontale ventilatieopeningen gespaard, waarin een gietijzeren rooster met een bloemmotief is opgenomen.
De borstwering op de begane grond is inclusief de waterlijst geheel gepleisterd. De borstwering onder de vensters ligt iets terug en is voorzien van een bossingpaneel. Door het terugliggen wordt gesuggereerd dat het tussengedeelte het basement vormt van de muurdammen tussen de gevelopeningen. De muurdammen zijn om de vijf metselgangen voorzien van een iets uitstekende geschilderde band.
De vensteropeningen op beide niveaus zijn gesloten met een anderhalfsteens segmentboog tussen aanzetblokken en zijn voorzien een geschilderde sluitsteen met daarop een bloemmotief. De bovenrand van de segmentboog is voorzien van een forse opgelegde lijst, die op de muurdam doorloopt en eindigt in een kwast.
De borstwering van de eerste verdieping wordt beëindigd met een doorlopende geschilderde waterlijst met een geprofileerde onderrand. In het metselwerk van de borstwering is onder elke vensteropening een smalle band met een mozaïek van gekleurde tegeltjes opgenomen, met een florale voorstelling. In lijn met de muurdammen is een strook gepleisterd en voorzien van een leeuwenkop.
Op de begane grond bevindt zich aan de linker zijde een gevelopening met terugliggend een pui met een paneeldeur met een glaspaneel achter een smeedijzeren hekwerk en een ongedeeld bovenlicht. De zijwanden van het portaal zijn lichtgrijs geschilderd en het plafond is voorzien van een ornament. Voor de entree ligt een stoep van zes hardstenen treden.
Rechts van de entree bevinden zich twee vensteropeningen en op de eerste verdieping drie. Alle vensteropeningen zijn in het kozijn voorzien van nieuwe ramen met een nieuwe indeling en dubbel glas. De gevel wordt beëindigd door een geprononceerd hoofdgestel, bestaande uit een architraaf en een vlak fries, waarboven een uitkragende houten kroonlijst. Hierboven bevindt zich een lage gesloten houten opstand, waarmee een attiek wordt gesuggereerd in aansluiting van de opbouw boven nummer 17.
Achtergevel
Geen opname.
Gevels binnenplaats
Geen opname.
Kap
Het voorste gedeelte van het pand is voorzien van een dwarskap in aansluiting op de voorgevel met aansluitend een zadeldak tot aan de voorzijde van de binnenplaats. De dakvlakken zijn gedekt met rode verbeterde Hollandse pannen.
Het resterende deel van het pand is gedekt met een plat dak.
Beschrijving interieur per bouwlaag
Geen opname.
Waardering
Cultuurhistorische waarde
Het pand is van cultuurhistorisch belang als representatief voorbeeld van een herenhuis, gerealiseerd eind 19e eeuw in een stadsdeel van Dordrecht waar al vanaf de 17de eeuw bedrijvigheid steeds meer plaats ging maken voor statige woningen.
Architectonische waarde
Het pand is van architectuurhistorisch belang vanwege de kwaliteit van het ontwerp en de detaillering. Tevens is het pand van architectuurhistorisch belang als onderdeel van het oeuvre van de Dordtse architect H.W. Veth.
Gaafheid
Het pand is van belang vanwege de herkenbaarheid en gaafheid van het complex. Het exterieur is op de ramen na zo goed als origineel. De bouwkundige staat is goed.
Situering
Het pand heeft ensemblewaarde als onderdeel van het complex Wolwevershaven 16, 17 en 18. Het complex heeft stedenbouwkundige waarde als onderdeel van de monumentale gevelwand aan de Wolwevershaven in beschermd stadsgezicht en aan de achterzijde door de bijzondere ligging aan de rivier.
Publicaties
- Angenetha Balm-Kok, Thuis op de Drappierskade: De bewoningsgeschiedenis van Wolwevershaven 16 t/m 18, 2019.
- Jaap Bouman, Verhalen van Dordrecht 2: Gezichten van Dordrecht, 2010.
- Werkgroep "Het Nieuwe Werck", Huibert Willem Veth 1833-1909: Architect te Dordrecht, tijdschrift Dordrecht Monumenteel nr.28 2008.
Bijlage
-
9122392.pdf (opent in een nieuw venster)
Externe links
-
Wolwevershaven 17
- Datering: 1889
- Oorspronkelijke functie: Woonhuis
- Bouwstijl: Eclecticisme
- Architect: Veth
- Postcode: 3311AV
Algemene beschrijving
Middelste woonhuis uit een complex van drie woonhuizen (Wolwevershaven 16, 17 en 18).
Ligging
Het complex van panden ligt aan de Wolwevershaven op een perceel tussen de kade en de rivier. Nummer 16 grenst aan een rijksmonument.
Hoofdvorm
Pand op rechthoekig grondplan in drie bouwlagen waarvan één in de kap.
Bouwgeschiedenis
De Wolwevershaven werd in 1609 gegraven om de verzanding van de Nieuwe Haven tegen te gaan. Aan beide zijdes van de haven werden kades aangelegd, waar bedrijven en pakhuizen werden gebouwd. De stad subsidieerde wolwevers of drapeniers die zich hier vestigden. Naar hen werd de haven Drappiershaven of Wolwevershaven genoemd. In de loop van de tijd bouwde men steeds meer grote woonhuizen op deze locatie. In de 17e, maar vooral in de 18e eeuw was dit de plek voor de elite van Dordrecht.
In 1889 wordt een vergunning verleend voor de bouw van een complex van drie woningen naar het ontwerp van de Dordtse architect H.W. Veth (1833-1909).
Beschrijving exterieur per gevel
Voorgevel
De gevel is opgetrokken in lichtrode strengperssteen met vrij dunne voegen met iets terugliggend voegwerk. Tot het niveau van de begane grond is de gevel voorzien van een plint in de vorm van een bekleding van hardstenen platen. Hierin zijn twee horizontale ventilatieopeningen gespaard, waarin een gietijzeren rooster met een bloemmotief is opgenomen.
De borstwering op de begane grond is inclusief de waterlijst geheel gepleisterd. De borstwering onder de vensters ligt iets terug en is voorzien van een bossingpaneel. Door het terugliggen wordt gesuggereerd dat het tussengedeelte het basement vormt van de muurdammen tussen de gevelopeningen. De muurdammen zijn om de vijf metselgangen voorzien van een iets uitstekende wit geschilderde band.
De vensteropeningen op beide niveaus zijn gesloten met een anderhalfsteens segmentboog tussen witte aanzetblokken en zijn voorzien een wit geschilderde sluitsteen met daarop een bloemmotief. De bovenrand van de segmentboog is voorzien van een forse opgelegde lijst, die op de muurdam doorloopt en eindigt in een kwast.
De borstwering van de eerste verdieping wordt beëindigd met een doorlopende geschilderde waterlijst met een geprofileerde onderrand. In het metselwerk van de borstwering is onder elke vensteropening een smalle band met een mozaïek van gekleurde tegeltjes opgenomen, met een florale voorstelling. In lijn met de muurdammen is een strook gepleisterd en voorzien van een leeuwenkop.
Op de begane grond bevindt zich aan de linker zijde een gevelopening met terugliggend een pui met een paneeldeur met een glaspaneel achter een smeedijzeren hekwerk en een ongedeeld bovenlicht. De zijwanden van het portaal zijn wit geschilderd en het plafond is voorzien van een ornament. Voor de entree ligt een stoep van zes hardstenen treden.
Rechts van de entree bevinden zich twee vensteropeningen en op de eerste verdieping drie. Alle vensteropeningen zijn in het kozijn voorzien van een schuifvenster met een ongedeeld onder- en bovenraam.
De gevel wordt beëindigd met een geprononceerd hoofdgestel, bestaande uit een architraaf en een vlak fries, waarboven een uitkragende houten kroonlijst. Hierboven bevindt zich een gemetselde dakkapel met aan weerszijden een gemetselde attiek. De dakkapel is voorzien van een forse houten boeiboord langs het platte dak. Aan de voorzijde zijn de steens muurdammen, aan weerszijden van de met een segmentboog gesloten vensteropening, voorzien van gepleisterde iets uitstekende banden. De attiek bestaat uit een balustrade, waarvan de velden zijn gesloten met metselwerk, en wordt begrensd door een pilaster met aan de voorzijde een diamantkopmotief en bekroond met een piron. Op de attiek sluit aan weerszijden een lage gesloten houten opstand aan, boven de kroonlijst van de buurpanden.
Achtergevel
Geen opname.
Gevels binnenplaats - algemeen
De gevels zijn opgetrokken in baksteen in kruisverband met platvol voegwerk en compleet geschilderd.
Gevels binnenplaats - voorzijde
Op de begane grond bevindt zich een vensteropening met in het kozijn een schuifvenster met ongedeelde ramen, waarvan het glas is gematteerd en voorzien van een geëtste voorstelling.
Op de eerste verdieping bevindt zich een vensteropening met in het kozijn een schuifvenster met tweeruits ramen.
Op zolderniveau bevindt zich in de geveltop een lage vensteropening met ongedeelde stolpramen.
Gevels binnenplaats - linker zijde
Op de begane grond bevinden zich achtereenvolgens
- een kleine vensteropening met in het kozijn een ongedeeld raam;
- een deuropening met een gesloten paneeldeur;
- tweemaal een kleine vensteropening met een ongedeeld raam.
Op het niveau tussen de begane grond en de eerste verdieping én tussen de eerste verdieping en de zolderverdieping bevindt zich een rondboogvensteropening met in het kozijn een ongedeeld onderraam en boven het kalf een ongedeeld halfrond bovenraam, beide voorzien van een glas-in-loodvulling.
Op de eerste verdieping bevinden zich twee kleine vensteropeningen met een ongedeeld raam.
Op zolderniveau bevindt zich een kleine vensteropening met een ongedeeld raam.
Gevels binnenplaats - achterzijde
Op de begane grond bevindt zich een gevelbrede vensteropening met centraal in het kozijn een paneeldeur met boven het dichte paneel een ongedeeld glaspaneel. Aan weerszijden hiervan bevindt zich een paneel met boven een dichte paneel een ongedeeld glaspaneel. Boven het kalf bevinden zich drie ongedeelde bovenramen.
Op de eerste verdieping bevindt zich een vensteropening met in het kozijn een schuifvenster met tweeruits ramen.
Kap
Het voorste gedeelte van het pand is voorzien van een dwarskap in aansluiting op de voorgevel met aansluitend een zadeldak tot aan de voorzijde van de binnenplaats. De dakvlakken zijn gedekt met rode verbeterd Hollandse pannen.
Het resterende deel van het pand is gedekt met een plat dak.
Beschrijving interieur per bouwlaag
Kelder
Onder het trappenhuis bevindt zich een kleine kelder, overwelfd met gemetselde troggewelven tussen ijzeren profielliggers. De wanden zijn afgewerkt met geglazuurde plavuizen.
Begane grond
Aansluitend aan de entree bevindt zich een gang tegen de linker bouwmuur, die doorloopt tot een achterkamer met loggia aan de waterzijde. Rechts naast de gang bevindt zich een voorkamer met aansluitend de salon (en-suite), onderling gescheiden door een kastenwand met daarin opgenomen schuifdeuren. Achter de salon bevindt zich een binnenplaats. Tussen de binnenplaats en de gang bevindt zich het trappenhuis met aansluitend een pissoir en een toilet, die van de binnenplaats uit bereikbaar zijn en een toilet met de deur naar de gang. Aan de achterzijde van de binnenplaats bevindt zich de keuken.
De gang is voorzien van een marmeren vloer. Het stucplafond is voorzien van een perklijst en een middenornament. Tegen de trap bevindt zich een keramisch fonteintje met spatscherm. Tussen de voorkamer en de 'suite' bevindt zich de pui met paneel-schuifdeuren. De voor-, tussen en achterkamer bezitten een stucplafond met een perklijst, hoekstukken en een middenornament. In de voor- en achterkamer is een natuurstenen schouw aanwezig. In de keuken ligt een marmeren vloer. De vrije leuning van de trapopgang rust op gietijzeren spijlen en vangt aan vanaf een bewerkte trappaal.
Eerste verdieping
De trap sluit met een bovenkwart aan op een gang, die tegen de linker bouwmuur doorloopt van de voor(zit)- tot de achter(slaap)kamer. Naast de zitkamer ligt de logeerkamer en achter de binnenplaats een slaapkamer en een badkamer.
De kamers aan de voor- en achterzijde hebben een marmeren schouw en een stucplafond met een perklijst, hoek- en middenornamenten. De vrije leuning van de trap rust op gietijzeren spijlen en loopt zonder onderbreking door naar het volgende niveau.
Zolder
De trap sluit met een bovenkwart aan op een gang, die tegen de linker bouwmuur doorloopt van de droogzolder aan de voorzijde tot de bediendekamer aan de achterzijde naast de binnenplaats. Naast de droogzolder ligt een bediendekamer met aansluitend de binnenplaats.
Voor latere aftimmeringen zijn originele binnenluiken gebruikt.
Waardering
Cultuurhistorische waarde
Het pand is van cultuurhistorisch belang als representatief voorbeeld van een herenhuis, gerealiseerd eind 19e eeuw in een stadsdeel van Dordrecht waar al vanaf de 17de eeuw bedrijvigheid steeds meer plaats ging maken voor statige woningen.
Architectonische waarde
Het pand is van architectuurhistorisch belang vanwege de kwaliteit van het ontwerp en de detaillering. Tevens is het pand van architectuurhistorisch belang als onderdeel van het oeuvre van de Dordtse architect H.W. Veth.
Gaafheid
Het pand is van belang vanwege de herkenbaarheid en gaafheid van het complex. Het exterieur en interieur van nummer 17 zijn vrijwel in originele staat. De bouwkundige staat is goed.
Situering
Het pand heeft ensemblewaarde als onderdeel van het complex Wolwevershaven 16, 17 en 18. Het complex heeft stedenbouwkundige waarde als onderdeel van de monumentale gevelwand aan de Wolwevershaven in beschermd stadsgezicht en aan de achterzijde door de bijzondere ligging aan de rivier.
Publicaties
- Angenetha Balm-Kok, Thuis op de Drappierskade: De bewoningsgeschiedenis van Wolwevershaven 16 t/m 18, 2019.
- Jaap Bouman, Verhalen van Dordrecht 2: Gezichten van Dordrecht, 2010.
- Conny van Nes, Achter de gevel van Wolwevershaven 17, DiEP Magazine nr.16 2010.
- Werkgroep "Het Nieuwe Werck", Huibert Willem Veth 1833-1909: Architect te Dordrecht, tijdschrift Dordrecht Monumenteel nr.28 2008.
Bijlage
-
9122393.pdf (opent in een nieuw venster)
-
Wolwevershaven 18
- Datering: 1889
- Oorspronkelijke functie: Woonhuis
- Bouwstijl: Eclecticisme
- Architect: Veth
- Postcode: 3311AV
Algemene beschrijving
Linker woonhuis uit een complex van drie woonhuizen (Wolwevershaven 16, 17 en 18).
Ligging
Het complex van panden ligt aan de Wolwevershaven op een perceel tussen de kade en de rivier. Nummer 16 grenst aan een rijksmonument.
Hoofdvorm
Pand op rechthoekig grondplan in drie bouwlagen waarvan één in de kap.
Bouwgeschiedenis
De Wolwevershaven werd in 1609 gegraven om de verzanding van de Nieuwe Haven tegen te gaan. Aan beide zijdes van de haven werden kades aangelegd, waar bedrijven en pakhuizen werden gebouwd. De stad subsidieerde wolwevers of drapeniers die zich hier vestigden. Naar hen werd de haven Drappiershaven of Wolwevershaven genoemd. In de loop van de tijd bouwde men steeds meer grote woonhuizen op deze locatie. In de 17e, maar vooral in de 18e eeuw was dit de plek voor de elite van Dordrecht.
In 1889 wordt een vergunning verleend voor de bouw van een complex van drie woningen naar het ontwerp van de Dordtse architect H.W. Veth (1833-1909).
Beschrijving exterieur per gevel
Voorgevel
De gevel is opgetrokken in lichtrode strengperssteen met vrij dunne voegen met iets terugliggend voegwerk. Tot het niveau van de begane grond is de gevel voorzien van een plint in de vorm van een bekleding van hardstenen platen. Hierin zijn twee horizontale ventilatieopeningen gespaard, waarin een gietijzeren rooster met een bloemmotief is opgenomen.
De borstwering op de begane grond is inclusief de waterlijst geheel gepleisterd. De borstwering onder de vensters ligt iets terug en is voorzien van een bossingpaneel. Door het terugliggen wordt gesuggereerd dat het tussengedeelte het basement vormt van de muurdammen tussen de gevelopeningen. De muurdammen zijn om de vijf metselgangen voorzien van een iets uitstekende wit geschilderde band.
De vensteropeningen op beide niveaus zijn gesloten met een anderhalfsteens segmentboog tussen aanzetblokken en zijn voorzien een wit geschilderde sluitsteen met daarop een bloemmotief. De bovenrand van de segmentboog is voorzien van een forse opgelegde lijst, die op de muurdam doorloopt en eindigt in een kwast.
De borstwering van de eerste verdieping wordt beëindigd met een doorlopende geschilderde waterlijst met een geprofileerde onderrand. In het metselwerk van de borstwering is onder elke vensteropening een smalle band met een mozaïek van gekleurde tegeltjes opgenomen, met een florale voorstelling. In lijn met de muurdammen is een strook gepleisterd en voorzien van een leeuwenkop.
Op de begane grond bevindt zich aan de linker zijde een gevelopening met terugliggend een pui met een paneeldeur met een glaspaneel achter een smeedijzeren hekwerk en een ongedeeld bovenlicht. De zijwanden van het portaal zijn wit geschilderd en het plafond is voorzien van een ornament. Voor de entree ligt een stoep van zes hardstenen treden.
Rechts van de entree bevinden zich twee vensteropeningen en op de eerste verdieping drie. Alle vensteropeningen zijn in het kozijn voorzien van een schuifvenster met een ongedeeld onder- en bovenraam.
De gevel wordt beëindigd met een geprononceerd hoofdgestel, bestaande uit een architraaf en een vlak fries, waarboven een uitkragende houten kroonlijst. Hierboven bevindt zich een lage gesloten houten opstand, waarmee een attiek wordt gesuggereerd in aansluiting van de opbouw boven nummer 17.
Achtergevel
Geen opname.
Gevels binnenplaats - algemeen
De gevels zijn opgetrokken in baksteen in kruisverband met platvol voegwerk en compleet geschilderd.
Gevels binnenplaats - voorzijde
Op de begane grond bevindt zich een vensteropening met in het kozijn een schuifvenster met ongedeelde ramen, waarvan het glas is gematteerd en voorzien van een geëtste voorstelling.
Op de eerste verdieping bevindt zich een vensteropening met in het kozijn een schuifvenster met tweeruits ramen.
Op zolderniveau bevindt zich in de geveltop een lage vensteropening met ongedeelde stolpramen.
Gevels binnenplaats - linker zijde
Op de begane grond bevinden zich achtereenvolgens
- een kleine vensteropening met in het kozijn een ongedeeld raam;
- een deuropening met een gesloten paneeldeur;
- tweemaal een kleine vensteropening met een ongedeeld raam.
Op het niveau tussen de begane grond en de eerste verdieping en tussen de eerste verdieping en de zolderverdieping bevindt zich een rondboogvensteropening met in het kozijn een ongedeeld raam met op de eerste verdieping een glas-in-loodvulling.
Op de eerste verdieping bevinden zich twee kleine vensteropeningen met een ongedeeld raam.
Op zolderniveau bevindt zich een kleine vensteropening met een ongedeeld raam.
Gevels binnenplaats - achterzijde
Op de begane grond bevindt zich een gevelbrede vensteropening met centraal in het kozijn een paneeldeur met boven het dichte paneel een ongedeeld glaspaneel. Aan weerszijden hiervan bevindt zich een paneel met boven een dichte paneel een ongedeeld glaspaneel. Boven het kalf bevinden zich drie ongedeelde bovenramen.
Op de eerste verdieping bevindt zich een vensteropening met in het kozijn een schuifvenster met tweeruits ramen.
Kap
Het voorste gedeelte van het pand is voorzien van een dwarskap in aansluiting op de voorgevel met aansluitend een zadeldak tot aan de voorzijde van de binnenplaats. De dakvlakken zijn gedekt met rode verbeterd Hollandse pannen.
Het resterende deel van het pand is gedekt met een plat dak.
Beschrijving interieur per bouwlaag
Kelder
Onder het trappenhuis bevindt zich een kleine kelder, overwelfd met gemetselde troggewelven tussen ijzeren profielliggers.
Begane grond
Aansluitend aan de entree bevindt zich een gang tegen de linker bouwmuur, die doorloopt tot een achterkamer met loggia aan de waterzijde. Rechts naast de gang bevindt zich een voorkamer met aansluitend de salon (en-suite), onderling gescheiden door een kastenwand met daarop opgenomen schuifdeuren. Achter de salon bevindt zich een binnenplaats. Tussen de binnenplaats en de gang bevindt zich het trappenhuis met aansluitend een pissoir en een toilet, die van de binnenplaats uit bereikbaar zijn en een toilet met de deur naar de gang. Aan de achterzijde van de binnenplaats bevindt zich de keuken.
De gang is voorzien van een marmeren vloer. De wanden zijn tot halve hoogte voorzien van een betegeling met crèmegele tegels en een zwarte strook als bovenbeëindiging. Tegen de trap bevindt zich een keramisch fonteintje met spatscherm. Het stucplafond is voorzien van een perklijst en een middenornament. Tussen de voorkamer en de salon bevindt zich de pui met paneel-schuifdeuren. De achterkamer heeft een zwartmarmeren schouw en een stucplafond met een perklijst, hoekstukken en een middenornament. In de keuken bevindt zich een kooknis. De vrije leuning van de trapopgang rust op gietijzeren spijlen en vangt aan vanaf een bewerkte trappaal.
Eerste verdieping
De trap sluit met een bovenkwart aan op een gang, die tegen de linker bouwmuur doorloopt van de voor(zit)- tot de achter(slaap)kamer. Naast de zitkamer ligt de logeerkamer en achter de binnenplaats een slaapkamer en een badkamer.
De voorkamer heeft een marmeren schouw en de achterkamer een houten schouw, rechts in de hoek. Beide hebben een stucplafond met een perklijst, hoek- en middenornamenten. De achterkamer heeft lambrisering van papier-maché, waarin panelen en consoles met cannelures en doorgaande lijsten zijn geperst. De vrije leuning van de trap rust op gietijzeren spijlen en loopt zonder onderbreking door naar het volgende niveau.
Zolder
De trap sluit met een bovenkwart aan op een gang, die tegen de linker bouwmuur doorloopt van de droogzolder aan de voorzijde tot de bediendekamer aan de achterzijde naast de binnenplaats. Naast de droogzolder ligt een bediendekamer met aansluitend de binnenplaats.
Waardering
Cultuurhistorische waarde
Het pand is van cultuurhistorisch belang als representatief voorbeeld van een herenhuis, gerealiseerd eind 19e eeuw in een stadsdeel van Dordrecht waar al vanaf de 17e eeuw bedrijvigheid steeds meer plaats ging maken voor statige woningen.
Architectonische waarde
Het pand is van architectuurhistorisch belang vanwege de kwaliteit van het ontwerp en de detaillering. Tevens is het pand van architectuurhistorisch belang als onderdeel van het oeuvre van de Dordtse architect H.W. Veth.
Gaafheid
Het pand is van belang vanwege de herkenbaarheid en gaafheid van het complex. Het exterieur en interieur van nummer 18 zijn vrijwel in originele staat. De bouwkundige staat is goed.
Situering
Het pand heeft ensemblewaarde als onderdeel van het complex Wolwevershaven 16, 17 en 18. Het complex heeft stedenbouwkundige waarde als onderdeel van de monumentale gevelwand aan de Wolwevershaven in beschermd stadsgezicht en aan de achterzijde door de bijzondere ligging aan de rivier.
Publicaties
- Angenetha Balm-Kok, Thuis op de Drappierskade: De bewoningsgeschiedenis van Wolwevershaven 16 t/m 18, 2019.
- Jaap Bouman, Verhalen van Dordrecht 2: Gezichten van Dordrecht, 2010.
- Kees Sigmond en Christine Weijs, Een zeldzame lambrisering in het huis Wolwevershaven 18, tijdschrift Vereniging Oud-Dordrecht nr.3 2011.
- Werkgroep "Het Nieuwe Werck", Huibert Willem Veth 1833-1909: Architect te Dordrecht, tijdschrift Dordrecht Monumenteel nr.28 2008.
Bijlage
-
9122395.pdf (opent in een nieuw venster)
-
Wolwevershaven 19
- Datering: 1908
- Oorspronkelijke functie: Woonhuis
- Bouwstijl: Jugendstil
- Architect: Boers
- Postcode: 3311AV
Algemene beschrijving
Woonhuis.
Ligging
Het pand ligt aan de Wolwevershaven op een perceel tussen de kade en de rivier, aan de linkerzijde grenzend aan een rijksmonument.
Hoofdvorm
Deels onderkelderd pand op rechthoekig grondplan in drie bouwlagen waarvan één in de kap.
Bouwgeschiedenis
De Wolwevershaven werd in 1609 gegraven om de verzanding van de Nieuwe Haven tegen te gaan. Aan beide zijdes van de haven werden kades aangelegd, waar bedrijven en pakhuizen werden gebouwd. De stad subsidieerde wolwevers of drapeniers die zich hier vestigden. Naar hen werd de haven Drappiershaven of Wolwevershaven genoemd. In de loop van de tijd bouwde men steeds meer grote woonhuizen op deze locatie. In de 17e, maar vooral in de 18e eeuw was dit de plek voor de elite van Dordrecht.
In 1908 wordt binnen bestaande bouwmuren een woonhuis opgetrokken naar het ontwerp van architect Arie Boers.
In 1919 wordt in de plint van de voorgevel een lage deuropening gemaakt als toegang naar de kelder. Deze is later weer dichtgemaakt.
In 1925 wordt de indeling van de eerste verdieping gewijzigd. De tussen de voor- en achterslaapkamer in het voorste gedeelte van het pand gesitueerde steektrap naar de zolder wordt verwijderd. De vrijgekomen ruimte wordt toegevoegd aan de voorste slaapkamer. Door het verschuiven van de toegang tot deze slaapkamer, kan tevens de kleine slaapkamer aan de voorzijde ongeveer een meter worden verlengd. De trap wordt verplaatst naar de locatie van het toilet in een uitbouw in de binnenplaats. Het toilet wordt naar achteren verplaatst naar een kast in een tweede uitbouw in de binnenplaats.
Beschrijving exterieur per gevel
Voorgevel
De gevel is opgetrokken in lichtrode baksteen in kruisverband met gesneden voegwerk. De hoge plint en een deel van de borstwering erboven zijn bekleed met platen hardsteen. De gevelopeningen zijn gesloten met een in kunststeen uitgevoerde latei, die rust op kleine dito blokjes aan weerszijden van de opening. De latei is aan de voorzijde voorzien van een sierrand. Onder de vensteropeningen ligt een hardstenen lekdorpel.
Aan de linker zijde bevindt zich een hoge gevelopening met diep terugliggend de entree tot het pand. In het kozijn bevindt zich een paneeldeur met een kleine ruit achter een smeedijzeren hekwerk en aan de bovenzijde drie kleine glasopeningen voorzien van een glas-in-loodvulling. Boven het kalf bevindt zich een tienruits bovenlicht, waarvan de onderste rij ruiten hoger is dan de bovenste. Voor de entree bevindt zich een stoep van zeven hardstenen treden.
Rechts hiervan bevinden zich twee vensteropeningen met in het kozijn een schuifraam met een ongedeeld onderraam en een vijftienruits bovenraam.
Op de eerste verdieping bevinden zich drie vensteropeningen met in het kozijn een schuifraam met een ongedeeld onderraam en een vijftienruits bovenraam met een glas-in-loodvulling.
De gevel wordt beëindigd met een gestileerd hoofdgestel, bestaande uit een wit geschilderde band als architraaf en erboven een fries met gepleisterde blokken afgewisseld met blokken siermetselwerk. In twee blokken zijn de aanduidingen ANNO en 1908 uitgespaard.
Aan weerszijden van de gepleisterde blokken bevindt zich een geprofileerde console, waarop de houten bakgoot uitkraagt. Aan de buitenkanten van de gevel is de bakgoot vrijgehouden van de rand.
De gevel is aan de buitenkanten verhoogd met een natuurstenen blok, waarin verdiept een motief is opgenomen. Tussen de blokken is een smeedijzeren hekwerk geplaatst met een voor de Jugendstil typerende vormgeving.
Achtergevel
Geen opname.
Kap
Het achterste gedeelte van het pand bezit een mansardekap, gedekt met keramische pannen. Het resterende deel van het pand bezit een plat dak.
Beschrijving interieur per bouwlaag
Geen opname.
Waardering
Cultuurhistorische waarde
Het pand is van cultuurhistorisch belang als representatief voorbeeld van een herenhuis, gerealiseerd begin 20e eeuw, in een stadsdeel van Dordrecht waar al vanaf de 17de eeuw bedrijvigheid steeds meer plaats ging maken voor statige woningen.
Architectonische waarde
Het pand is van architectuurhistorisch belang vanwege de kwaliteit van het ontwerp en de detaillering en omdat het gaaf voorbeeld is van een in Jugendstil gebouwde woning.
Gaafheid
Het pand is van belang vanwege de herkenbaarheid en gaafheid van het complex. Het exterieur is zo goed als origineel. De bouwkundige staat is goed.
Situering
Het pand heeft stedenbouwkundige waarde als onderdeel van de monumentale gevelwand aan de Wolwevershaven in beschermd stadsgezicht en aan de achterzijde door de bijzondere ligging aan de rivier.
Publicaties
- Angenetha Balm-Kok, Drappiers op de Drappierskaai: de bewoningsgeschiedenis van Wolwevershaven 19 te Dordrecht, 2020.
Bijlage
-
9122396.pdf (opent in een nieuw venster)
-
Wolwevershaven 20
- Datering: XIX-b
- Oorspronkelijke functie: Woonhuis
- Postcode: 3311AV
Omschrijving
PAND met eenvoudige gepleisterde lijstgevel (XIX b).
Gebouw van eenvoudige doch harmonische architectuur en van oudheidkundige waarde.
Publicaties
- Angenetha Balm-Kok, Stijlvol glas-in-lood van Bouvy: de bewoningsgeschiedenis van Wolwevershaven 20 te Dordrecht, 2011.
Externe links
-
Wolwevershaven 21
- Naam: Huis de Meerminnen
- Datering: 1644
- Oorspronkelijke functie: Woonhuis
- Bouwstijl: Lodewijk XIV
- Postcode: 3311AW
Omschrijving
PAND met zeer rijk versierde Lodewijk XIV gevel met middenrisaliet. Natuurstenen pui, waarin deuromlijsting met verdiepte pilasters, fijn gesneden bladfries als afsluiting, oorspronkelijke deur en bovenlicht. De risaliet heeft rond het parterrevenster voluten, siervazen en hermen, om de verdiepingsvensters voluten, siervazen en guirlandes. Geprofileerde, omgekorniste kroonlijst, aan weerszijden door gebeeldhouwde consoles gedragen. Alle vensters Empire schuiframen. Het huis heeft een schilddak.
Inwendig: Maaskamer met schouw (Lodewijk XIV) met hoge, marmeren mantel en boezem met stucrelief. Wandbetimmering met buffetnis, Lodewijk XIV, dessus-de-portes: grauwtjes. Plafond uitgebroken. Marmerdecoratie van de gangen verwijderd.
Fraai gebouw van algemeen belang wegens oudheidkundige en kunsthistorische waarde.
Publicaties
- Angenetha Balm-Kok, Huize 'de Meerminnen': de bewoningsgeschiedenis van Wolwevershaven 21, 2010.
- Jaap Bouman, Verhalen van Dordrecht 2: Gezichten van Dordrecht, 2010.
- Sidney Breidel & Rowan van der Stelt, Verhalen van Dordrecht 43: Slavernijverleden Dordrecht - Huis de Meerminnen, 2023.
- Herman A. van Duinen, Verhalen van Dordrecht 20: Dieren in de Dordtse binnenstad - Van griffioen tot giraffe, 2010.
- Stichting Illustre Dordracum, Geheimen van Huis ‘De Meerminnen’ ontrafeld, tijdschrift Dordrecht Monumenteel nr.38 2011.
Externe links
-
Wolwevershaven 22
- Datering: 1906
- Oorspronkelijke functie: Woonhuis
- Bouwstijl: Overgangsarchitectuur
- Architect: van Gendt
- Postcode: 3311AW
Inleiding
WOONHUIS uit 1906 naar ontwerp van de architecten Gebr. Van Gendt A.L.zn uit Amsterdam. Het pand is in opdracht van bankier Otto B. de Kat van Bleiswijk gebouwd in Overgangsarchitectuur met Art Nouveau-elementen. Deze opdrachtgever liet ook een groot bankgebouw aan de Wijnstraat 209 bouwen, eveneens naar ontwerp van Van Gendt.
Het woonhuis ligt ongeveer 13 m. terug uit de rooilijn zodat het over een ruime voortuin beschikt die ongeveer een halve meter hoger dan de straat ligt. De tuin is omheind met een smeedijzeren HEK met hardstenen onderbouw en enkele treden. De achtergevel van het pand ligt aan de Oude Maas.
Omschrijving
Het zeven traveeën brede woonhuis heeft een rechthoekige plattegrond met risaliet aan de voorzijde, en is opgetrokken in donkere baksteen met een hardstenen onderbouw over twee bouwlagen en een kaplaag. Het woonhuis heeft een samengestelde kap met schild-, tent- en zadeldaken die zijn bedekt met rode tuiles du Nord. Aan de voorzijde bevindt zich een geprofileerde gootlijst met bloktandfries. De woning heeft rechthoekige vensters met houten schuifkozijnen. De vensters hebben bovenlichten met middenstijl en glas-in-lood en zijn aan de bovenzijde voorzien van hanenkammen of een segmentboog (verdieping) en aan de onderzijde van hardstenen dorpels. Voor het pand is een granito bordes aangelegd met een hardstenen stoep met enkele treden naar de voordeur.
De voorgevel heeft links een tweeassige risaliet met tentdak en zinken piron, in het midden een tweeassig rechtafgesloten deel waarin links de entree, en rechts een puntgevel van drie vensterassen met zadeldak. De entree heeft een brede zandstenen omlijsting met ingegraveerde decoraties en met een tandlijst. De getoogde paneeldeur heeft vierkante deurlichten met glas-in-lood en een tweeledig bovenlicht met glas-in-lood. Direkt naast de deur is binnen de zandstenen omlijsting een kruisvenster geplaatst. De risaliet heeft twee kelderluiken en op de begane grond twee vensters met kruiskozijnen. Op de rechterhoek een ijzeren lantaarn die middels zandstenen blokken is ingemetseld. Geheel rechts bevindt zich een erker met een hardstenen onderbouw, met vier smalle vensters in de voorzijde en één smal venster in elke afgeschuinde zijde. De vensters zijn in een samengesteld kozijn geplaatst met een geprofileerde lijst. Op het platte dak van de erker een balkon met een gemetselde balustrade met een hardstenen rand en met een granito vloerplaat. Aan het balkon dubbele deuren en twee vensters. Boven de entree twee vensters en in de linkerrisaliet ook twee vensters. De puntgevel rechts heeft een venster met kruiskozijn onder een houten latei. Aan weerszijden een vierkante, ingegraveerde gevelsteen van zandsteen. De gevelrand en geveltop zijn eveneens van zandsteen. Centraal in het voorschild een houten dakkapel met uitkragend lessenaarsdak en tweeledig venster.
De achtergevel is op de begane grond gepleisterd en voorzien van schijnvoegen. Geheel rechts de zogenaamde Maassalon, een erker met afgeschuinde zijden die fraai uitzicht biedt over de Maas. De vensters hebben bovenlichten met glas-in-lood. In het midden een gangdeur met rechts één en links drie vensters. Langs de gehele achtergevel een terras dat aansluit op de erker, beiden zijn geheel op consoles over de rivier uitgebouwd.
Van het oorspronkelijke interieur is de indeling nog grotendeels bewaard gebleven met ondermeer een tochtportaal, een spreekkamer, een grote centrale hal met een gang naar het achterliggende terras, een salon en studeerkamer, een eetkamer met erker en een royaal trappenhuis met een ovale lantaarn met glas-in-lood. In de hal, de gangen en de vroegere keuken marmeren vloerplaten. In de kamers parket en eikenhouten lambrizeringen. Diverse marmeren schouwen. De oude keuken heeft handbeschilderde tegels.
Langs de voortuin een ijzeren hek op hardstenen muurtje.
Waardering
Uit 1906 daterend woonhuis met bijbehorend hek van algemeen belang vanwege de cultuurhistorische en architectuurhistorische waarde en vanwege de ensemblewaarde.
- Het pand is van cultuurhistorisch belang als representatief voorbeeld van vroeg twintigste-eeuwse woning voor de gegoede stand in Overgangsarchitectuur.
- Het pand is van architectuurhistorisch belang vanwege het bijzondere ontwerp met voortzetting van de Dordtse traditie van een Maaskamer en als onderdeel van het oeuvre van de Gebr. Van Gendt.
- Het pand is gaaf in hoofdvorm en detaillering van zowel ex- als interieur.
- Het pand heeft ensemblewaarde als bijzondere invulling van de gevelwand langs de Wolwevershaven.
Publicaties
- Vereniging Oud-Dordrecht, Een steengoed verhaal: Dordtse gevelstenen spreken verder, Jaarboek 2019.
Externe links
-
Wolwevershaven 23
- Datering: XVII
- Oorspronkelijke functie: Woonhuis
- Bouwstijl: Lodewijk XIV
- Postcode: 3311AW
Omschrijving
PAND met lijstgevel in Lodewijk XIV stijl. Drie assen, waarvan de middelste als risaliet is behandeld. Kroonlijst met gesneden consoles, gesneden ornament boven de vensters van de middenrisaliet. Ingang rechts in het souterrain binnen pilasteromlijsting. Het huis draagt een zadeldak tussen puntgevels. Dakvenster.
Fraai gebouw van algemeen belang wegens oudheidkundige en kunsthistorische waarde.
Publicaties
- Angenetha Balm-Kok, De bewoningsgeschiedenis van Wolwevershaven 23 te Dordrecht, 2011.
- M.C. Dorst, Dordrecht Ondergronds 105: Oude Maas t.h.v. Wolwevershaven 23-40E - Een archeologisch vondstcomplex verzameld tijdens baggerwerkzaamheden, 2018.
Externe links
Pagina 1 van 2
- 1
- 2