Korte Geldersekade
-
Korte Geldersekade 1 en 2
- Datering: 1906
- Oorspronkelijke functie: Woonhuis
- Bouwstijl: Eclecticisme
- Postcode: 3311CH
Algemene beschrijving
Dubbel pand met beneden- en bovenwoning en kantoor.
Ligging
Het pand is gelegen op de hoek van de Korte Geldersekade en de Lange Geldersekade, aan de rechterzijde grenzend aan een rijksmonument, aan de achterzijde direct aan het water van de Leuvehaven gelegen.
Hoofdvorm
Pand op trapeziumvormig grondplan in twee bouwlagen met kap.
Bouwgeschiedenis
Tot het midden van de 17e eeuw was Dordrecht aan de rivierzijde gesloten met een stadsmuur. In de 17e eeuw ging het economisch voorspoedig in Dordrecht. De Oude en Nieuwe Haven voldeden niet meer en in 1647 besloot het stadsbestuur tot de aanleg van een nieuwe haven en handelskade. Maartensgat is vernoemd naar de aannemer Maerten Gillisz vander Pijpen. Aan het Maartensgat verrezen enkele graanpakhuizen, maar werd stilaan voor enkele rijke kooplieden een aantrekkelijke plek om te wonen.
De stadsmuur, die oorspronkelijk voor de kerk langs liep, werd ooit uitgebreid langs de Korte Geldersekade. Bij werkzaamheden aan Korte Geldersekade 8 zijn restanten van deze muur teruggevonden. De naam verwijst naar de aanlegplaats van beurtschepen op Gelderland.
Van de bouw van het complex zijn geen archiefgegevens voorhanden, maar de gevelsteen vermeldt het bouwjaar 1906. Het pand is in de plaats gekomen van woonhuizen met erf. Kadastraal zijn dezelfde perceelafmetingen aangehouden.
In 1947 wordt een balkon aan de zijde van de Korte Geldersekade verwijderd en wordt de deuropening naar het balkon verkleind tot vensteropening.
In 1954 wordt aan de zijde van de Leuvehaven een balkon op de eerste verdieping aan de rechter zijde verwijderd en wordt de deuropening naar het balkon verkleind tot vensteropening. In dezelfde gevel wordt een balkon op de tweede verdieping aan de linker zijde vernieuwd en de pui voor wat betreft het ondergedeelte gewijzigd.
In 1957 worden in de voorgevel twee voordeuren vernieuwd.
Beschrijving exterieur per gevel
Voorgevel (zijde Lange Geldersekade)
De gevel bezit een uitgebouwde plint in mangaansteen in kruisverband met platvol voegwerk, afgesloten door een natuurstenen waterslag. Het opgaand muurwerk is uitgevoerd in lichtroodbruine baksteen in kruisverband met gesneden voegen. Ter hoogte van de onder- en wisseldorpel van de vensters zijn speklagen opgenomen van twee metselgangen hardrode strengperssteen, die zijn gevoegd met rode mortel. Ter hoogte van de bovendorpel is een speklaag van vier metselgangen hardrode strengperssteen opgenomen, die is gevoegd met rode mortel, onder en boven voorzien van een metselgang in groene strengperssteen.
De gevelopeningen zijn gesloten tussen kunststenen aanzetblokken met een steens segmentboog, uitgevoerd in hardrode en groene strengperssteen en voorzien van een kunststenen sluitsteen. De zwik is voorzien van veelkleurige keramische tegels. In de gevelopeningen ligt een hardstenen lekdorpel. De gevel wordt beëindigd door een fries van casementen met siermetselwerk in gekleurde strengperssteen, tussen bewerkte houten consoles die de uitkragende geprofileerde houten bakgoot dragen.
De gevel telt zeven assen met op de begane grond en de eerste verdieping een vensteropening.
De kozijnen en ramen in de eerste en tweede travee zijn vervangen door kunststof.
De gevel in de derde travee is hoger opgetrokken als Vlaamse gevel, beëindigd met een dakoverstek van het platte dak tussen natuurstenen hoekstenen. In deze travee bevindt zich op de begane grond een brede gevelopening met terugliggend een pui met twee deuropeningen met gemoderniseerde deuren en een ongedeeld bovenlicht met een glas-in-loodvulling. Het portaal is voorzien van gele tegels achter een hardstenen dorpel in lijn met de gevel. In de vensteropening op de eerste en zolderverdieping zijn de kozijnen en ramen vervangen in kunststof.
In de vensteropeningen in de vierde tot en met de 7e travee bevindt zich een kozijn met een schuifvenster met een ongedeeld onderraam en een zesruits bovenraam, waarvan de horizontale roede zich bevindt op 1/3 hoogte.
Linker zijgevel (zijde Leuvehaven)
De gevel bestaat uit twee gedeelten, die onder een flauwe hoek op elkaar aansluiten.
De gevel is opgebouwd op de kademuur en tot de hoogte van de begane grond gepleisterd. Het opgaand muurwerk is uitgevoerd in lichtroodbruine baksteen in kruisverband met iets terugliggend voegwerk. Ter hoogte van de onder- en wisseldorpel van de vensters op de begane grond en de eerste verdieping zijn speklagen opgenomen van twee metselgangen hardrode strengperssteen, die zijn gevoegd met rode mortel. Ter hoogte van de bovendorpel is een speklaag van vier metselgangen hardrode strengperssteen opgenomen.
Alle gevelopeningen zijn gesloten met anderhalfsteens hanenkammen.
Op kelderniveau bevinden zich in het rechter geveldeel twee kleine met een segmentboog gesloten gevelopeningen.
Op de begane grond bevinden zich in het linker geveldeel twee - en in het rechter geveldeel drie vensteropeningen.
Op de eerste verdieping bevindt zich in het linker geveldeel een balkon met op een betonnen plaat een gemetselde borstwering. Aan het balkon grenst een grote gevelopening. In het rechter geveldeel bevinden zich drie vensteropeningen.
Op zolderniveau bevinden zich in het linker geveldeel één - en in het rechter geveldeel twee vensteropeningen.
Alle gevelopeningen zijn voorzien van kozijnen, ramen en deuren in kunststof.
De gevel wordt beëindigd met een houten boeiboord.
Voorgevel (zijde Korte Geldersekade)
De gevel heeft een uitgebouwde plint in mangaansteen in kruisverband met platvol voegwerk, afgesloten door een natuurstenen waterslag. Het opgaand muurwerk is uitgevoerd in lichtroodbruine baksteen in kruisverband met gesneden voegen. Ter hoogte van de onder- en wisseldorpel van de vensters zijn speklagen opgenomen van twee metselgangen hardrode strengperssteen, die zijn gevoegd met rode mortel. Ter hoogte van de bovendorpel is een speklaag van vier metselgangen hardrode strengperssteen opgenomen, die is gevoegd met rode mortel, onder en boven voorzien van een metselgang in groene strengperssteen.
De gevelopeningen zijn gesloten tussen kunststenen aanzetblokken met een steens segmentboog, uitgevoerd in hardrode en groene strengperssteen en voorzien van een kunststenen sluitsteen. De zwik is voorzien van veelkleurige keramische tegels. In de gevelopeningen ligt een hardstenen lekdorpel.
De gevel wordt beëindigd door fries van casementen met siermetselwerk in gekleurde strengperssteen, tussen bewerkte houten consoles die de uitkragende geprofileerde houten bakgoot dragen.
De gevel telt drie assen met op de begane grond en de eerste verdieping een vensteropening.
In de vensteropeningen in de eerste en tweede travee bevindt zich een kozijn met een schuifvenster met een ongedeeld onderraam en een zesruits bovenraam, waarvan de horizontale roede zich bevindt op 1/3 hoogte. In de eerste travee op de verdieping bevindt zich een tot raamkozijn omgebouwd oorspronkelijk deurkozijn met onder het kalf ongedeelde stolpramen en een bovenlicht identiek aan de overige bovenramen.
In de derde travee bevindt zich op de begane grond een brede gevelopening met terugliggend een pui met twee deuropeningen met paneel deuren met drie smalle panelen onder en erboven een tweeruits glaspaneel achter een smeedijzeren hekwerk met Jugendstil-motief. De bovenlichten zijn identiek aan de overige bovenramen. Voor de deuren ligt een gemetselde trap met hardstenen dekplaten.
In de vensteropening op de eerste verdieping bevindt zich een kozijn met een schuifvenster met een ongedeeld onderraam en een zesruits bovenraam, waarvan de horizontale roede zich bevindt op 1/3 hoogte.
Kap
Het pand bezit een plat dak met aan de voor-, rechter- en achterzijde een steil dakschild, gedekt met gesmoorde Tuiles-du-Nordpannen. Aan de achterzijde zijn de pannen vervangen door een bitumendekking.
Aan de voor- en de rechter zijde bevinden zich twee respectievelijk één dakkapel, voorzien van een aankapping in aansluiting op de dakrand, gedekt met gesmoorde Tuiles-du-Nordpannen. Aan de voorzijde van de dakkapellen bevinden zich in het kozijn ongedeelde stolpramen.
Beschrijving interieur per bouwlaag
De indeling van Korte Geldersekade 1 en 2 is nog grotendeels intact.
Op de begane grond (nummer 1) bevindt zich de entree met een marmeren vloer, met aansluitend het trappenhuis naar de verdieping. Aan de linker zijde bevinden zich een voor- en achterkamer, van elkaar gescheiden door schuifdeuren met bossingpanelen en een ongedeeld paneel met een glas-in-loodvulling. De ruimten hebben een zwart marmeren schouw en een stucplafond met een Jugendstil-middenornament. De binnendeuren zijn uitgevoerd met bossingpanelen. De keuken grenst aan een lichthof aan de achterzijde. In de keuken bevindt zich een schouwkap.
Op de eerste verdieping (nummer 2) bevindt zich het trappenhuis met aansluitend de overloop. In de keuken bevindt zich een granito aanrecht en een schouwkap. Aan de linker zijde bevinden zich een voor- en achterkamer, van elkaar gescheiden door schuifdeuren met bossingpanelen en een ongedeeld paneel met een glas-in-loodvulling. De ruimten hebben een zwart marmeren schouw en een stucplafond met een Jugendstil-middenornament. De binnendeuren zijn uitgevoerd met bossingpanelen. De keuken grenst aan een lichthof aan de achterzijde. De wanden van de keuken en het toilet zijn betegeld.
De zolderverdieping is verdeeld in meerdere ruimten. De kapconstructie bestaat uit halfspanten met kreupele stijlen.
De indeling van Lange Geldersekade 1, 3 en 5 is grotendeels gewijzigd. Aan de zijde van de Leuvehaven bevindt zich een kelder met betegelde wanden en overspannen met een enkelvoudige balklaag. In de kelder bevindt zich een schouwkap.
Enige oorspronkelijke binnen(paneel)deuren resteren.
Waardering
Cultuurhistorische waarde
Het complex is van cultuurhistorisch belang als representatief voorbeeld van een vroeg 20e eeuws woningcomplex in een gebied dat halverwege de 17e eeuw ontstaan is als uitbreiding op de havens.
Architectonische waarde
Het pand is van architectuurhistorisch belang door het ontwerp en de toepassing van diverse materialen in de voorgevels, zoals polychrome keramische tegels en gekleurde baksteen. Het interieur van Korte Geldersekade 1 en 2 is van architectuurhistorisch belang door de nauwelijks gewijzgde indeling en de diverse aanwezige originele elementen, zoals vloeren, marmeren schouwen, binnendeuren, geornamenteerde stucplafonds en glas-in-lood.
Gaafheid
Het pand is gaaf in hoofdvorm. Het ex- en interieur van Korte Geldersekade 1 en 2 is vrijwel ongewijzigd. Van Lange Geldersekade 1,3 en 5 zijn alle kozijnen gemoderniseerd en het interieur gewijzigd, maar het pand is met de voorgevel onlosmakelijk verbonden met de Korte Geldersekade. De bouwkundige staat is redelijk.
Situering
Het pand heeft stedenbouwkundige waarde als onderdeel van de gevelreeks aan de Korte Geldersekade en als hoekpand van de Korte en Lange Geldersdekade in beschermd stadsgezicht. Het pand heeft stedenbouwkundige waarde door de markante ligging langs de as van de Leuvebrug en de ligging aan het water van de Leuvehaven.
Bijlage
-
9122335.pdf (opent in een nieuw venster)
-
Korte Geldersekade 3
- Datering: XVIII
- Oorspronkelijke functie: Woonhuis
- Bouwstijl: Lodewijk XV (Rococo)
- Postcode: 3311CH
Omschrijving
PAND met eenvoudige lijstgevel (XVIII). Deuromlijsting met pilasters, deur Lodewijk XV.
Stoep met balusterhek.
Gebouw van eenvoudige doch harmonische architectuur en van oudheidkundige waarde.
Publicaties
- Angenetha Balm-Kok, Wonen op het Papenbolwerck: Korte Geldersekade 3 te Dordrecht, 2011.
Externe links
-
Korte Geldersekade 4
- Datering: 1700-1800
- Oorspronkelijke functie: Woonhuis
- Bouwstijl: Eclecticisme
- Postcode: 3311CH
Algemene beschrijving
Linker gedeelte van een dubbel pand (Korte Geldersekade 4 en 6) met een dubbel woonhuis (nummer 4) en een pakhuis met bovenwoning (nummer 6).
Ligging
De panden zijn gelegen in een gesloten gevelwand aan de Korte Geldersekade tussen de Mazelaarsbrug en de Lange Geldersekade, aan de linkerzijde grenzend aan een rijksmonument. De huizen grenzen aan de achterzijde aan de Leuvehaven.
Hoofdvorm
Pand op nagenoeg rechthoekig grondplan in drie bouwlagen met kap.
Bouwgeschiedenis
Tot het midden van de 17e eeuw was Dordrecht aan de rivierzijde gesloten met een stadsmuur. In de 17e eeuw ging het economisch voorspoedig in Dordrecht. De Oude en Nieuwe Haven voldeden niet meer en in 1647 besloot het stadsbestuur tot de aanleg van een nieuwe haven en handelskade. Maartensgat is vernoemd naar de aannemer Maerten Gillisz vander Pijpen. Aan het Maartensgat verrezen enkele graanpakhuizen, maar werd stilaan voor enkele rijke kooplieden een aantrekkelijke plek om te wonen.
De stadsmuur, die oorspronkelijk voor de kerk langs liep, werd ooit uitgebreid langs de Korte Geldersekade. Bij werkzaamheden aan Korte Geldersekade 8 zijn restanten van deze muur teruggevonden. De naam verwijst naar de aanlegplaats van beurtschepen op Gelderland.
Blijkens de tekeningen van 1898 werden twee panden geheel verbouwd, waarvan de bouwmuren behouden bleven. Deze bouwmuren dateren mogelijk al uit de 18e eeuw. Bij de verbouwing werden de bouwmuren ongeveer één bouwlaag verhoogd.
In 1940 worden in de keuken op de begane grond een aanrecht en een kooknis gemaakt. Een doorgang van de achterkamer naar huis nummer 6 wordt dichtgezet.
In 1977 wordt aan de achterzijde op de begane grond een erker uitgebouwd en op de verdieping twee vensters samengevoegd tot één pui grenzend aan het balkon op de erker. Intern worden de boven- en benedenwoning samengevoegd en worden daartoe op beide niveaus kleine wijzigingen doorgevoerd.
Beschrijving exterieur per gevel
Voorgevel
De gevel is boven de met hardstenen platen beklede lage plint uitgevoerd in licht roodbruine baksteen in kruisverband met enigszins terugliggend voegwerk.
Aan de linker zijde bevindt zich een met een anderhalfsteens segmentboog gesloten gevelopening, waarin terugliggend zich een pui met twee deuropeningen bevindt. Onder het kalf bevindt zich een paneeldeur met een bossingpaneel en erboven een ongedeeld glaspaneel achter een smeedijzeren rooster. Het bovenlicht bezit een ongedeeld raam.
Rechts hiervan bevinden zich twee met een anderhalfsteens segmentboog gesloten vensteropeningen, met in het kozijn een schuifvenster met ongedeelde ramen.
Ter hoogte van de borstwering van de eerste verdieping bevindt zich een over de volle breedte van de gevel doorlopende gepleisterde cordonband.
Op de eerste en tweede verdieping bevinden zich drie met een anderhalfsteens segmentboog gesloten vensteropeningen, met in het kozijn een schuifvenster met ongedeelde ramen.
De gevel wordt beëindigd met een hoofdgestel, bestaande uit een gepleisterd architraaf en fries, waarboven een geprofileerde houten kroonlijst op geornamenteerde consoles voorzien van een vrouwenkopje.
Linker zijgevel
De gevel is, voor zover niet afgedekt door het buurpand, gepleisterd en wordt beëindigd met de houten gootboei van de op het muurwerk gesitueerde bakgoot.
Achtergevel
De vier bouwlagen tellende topgevel is opgetrokken op de kademuur. De gevel is gepleisterd met een horizontale voegverdeling. Y-vormige ankers markeren de ligging van de balklagen.
Op de begane grond bevindt zich aan de linker zijde de in 1977 gerealiseerde rechthoekige erker. Hierin zijn boven een vlakke borstwering twee identieke vensteropeningen opgenomen. Deze zijn voorzien van ongedeelde stolpramen en een ongedeeld bovenraam. Rechts van de erker bevindt zich een met een segmentboog gesloten vensteropening, met in het kozijn een T-schuifvenster.
Op de eerste verdieping fungeert de erker als balkon, begrenst met een houten hekwerk. In de gevel grenzend aan het balkon bevindt zich een grote gevelopening, waarin een pui met centraal dubbele deuren met een ongedeeld glaspaneel en een ongedeeld bovenlicht. Aan weerszijden bevinden zich een ongedeeld onder- en bovenraam.
Rechts van de pui bevindt zich een met een segmentboog gesloten vensteropening, met in het kozijn een T-schuifvenster.
Op de tweede verdieping bevinden zich drie met een segmentboog gesloten vensteropeningen, met in het kozijn een T-schuifvenster.
Op de zolderverdieping bevindt zich een met een segmentboog gesloten vensteropening, met in het kozijn een T-schuifvenster.
De gevel wordt beëindigd door het dakoverstek, waarvan het boeiboord is voorzien van een geschubde onderrand.
Kap
Het halve zadeldak is gedekt met gesmoorde verbeterd Hollandse pannen. In het voordakvlak staat een dakkapel met een plat dak, die aan de voorzijde is voorzien van pilasters die een fronton dragen. Hier binnen bevindt zich een kozijn met tweeruits stolpramen.
In het linker dakvlak staat een dakkapel met een plat dak met aan de voorzijde stolpramen.
Beschrijving interieur per bouwlaag
Geen opname.
Waardering
Cultuurhistorische waarde
Het pand is van cultuurhistorisch belang als representatief voorbeeld van een beneden- en bovenwoning in een gebied dat halverwege de 17e eeuw ontstaan is als uitbreiding op de havens.
Architectonische waarde
Het pand is van architectuurhistorisch belang door het ontwerp en de detaillering van de voor- en achtergevel in eclectische stijl. Het pand is van bouwhistorisch belang door de aanwezigheid van de oude bouwmuren en het vermoeden van een ouder casco.
Gaafheid
Het pand is van belang door de gaafheid van de hoofdvorm en het exterieur. De achtergevel is in 1974 gewijzigd door het uitbouwen van een bestaand balkon tot erker en het vergroten van vensteropeningen op de eerste verdieping. De bouwkundige staat is goed.
Situering
Het pand heeft ensemblewaarde door de relatie met het tegelijkertijd gebouwde Korte Geldersekade 6. Het pand heeft stedenbouwkundige waarde als onderdeel van de gevelreeks aan de Korte Geldersekade in beschermd stadsgezicht. Het pand heeft stedenbouwkundige waarde door de markante ligging aan het Maartensgat en aan de achterzijde door de ligging aan het water van de Leuvehaven.
Publicaties
- Angenetha Balm-Kok, Het Bolwerk: de historie van Korte Geldersekade 4, 2020.
Bijlage
-
9122458.pdf (opent in een nieuw venster)
Externe links
-
Korte Geldersekade 6
- Datering: 1700-1800
- Oorspronkelijke functie: Pakhuis
- Bouwstijl: Eclecticisme
- Postcode: 3311CH
Algemene beschrijving
Rechter gedeelte van een dubbel pand (Korte Geldersekade 4 en 6) met een dubbel woonhuis (nummer 4) en een pakhuis met bovenwoning (nummer 6).
Ligging
De panden zijn gelegen in een gesloten gevelwand aan de Korte Geldersekade tussen de Mazelaarsbrug en de Lange Geldersekade, aan de linkerzijde grenzend aan een rijksmonument. De huizen grenzen aan de achterzijde aan de Leuvehaven.
Hoofdvorm
Pand op nagenoeg rechthoekig grondplan in drie bouwlagen met kap.
Bouwgeschiedenis
Tot het midden van de 17e eeuw was Dordrecht aan de rivierzijde gesloten met een stadsmuur. In de 17e eeuw ging het economisch voorspoedig in Dordrecht. De Oude en Nieuwe Haven voldeden niet meer en in 1647 besloot het stadsbestuur tot de aanleg van een nieuwe haven en handelskade. Maartensgat is vernoemd naar de aannemer Maerten Gillisz vander Pijpen. Aan het Maartensgat verrezen enkele graanpakhuizen, maar werd stilaan voor enkele rijke kooplieden een aantrekkelijke plek om te wonen.
De stadsmuur, die oorspronkelijk voor de kerk langs liep, werd ooit uitgebreid langs de Korte Geldersekade. Bij werkzaamheden aan Korte Geldersekade 8 zijn restanten van deze muur teruggevonden. De naam verwijst naar de aanlegplaats van beurtschepen op Gelderland.
Blijkens de tekeningen van 1898 werden twee panden geheel verbouwd, waarvan de bouwmuren behouden bleven. Deze bouwmuren dateren mogelijk al uit de 18e eeuw. Bij de verbouwing werden de bouwmuren ongeveer één bouwlaag verhoogd.
In 1932 werd op de begane grond de bestaande toegang tot het pakhuis verbreed tot de huidige omvang, door de links daarvan gesitueerde vensteropening erbij te betrekken.
In 1969 worden het pakhuis en de bovenwoning samengevoegd. De hal op de begane grond wordt verbreed en van daaruit wordt een muziekkamer aan de achterzijde bereikt.
Aan de voorzijde resteert een gedeelte van het pakhuis als garage. Op de eerste verdieping worden de voorkamers samengevoegd tot zitkamer en de achterkamers totwoonkamer/keuken. Op de tweede verdieping worden de slaapkamers aan de achterzijde samengevoegd en wordt de alkoof verbouwd tot badkamer. Op de zolder wordt een CV-ruimte afgescheiden.
Beschrijving exterieur per gevel
Voorgevel
De gevel is boven de met hardstenen platen beklede lage plint uitgevoerd in licht roodbruine baksteen in kruisverband met enigszins terugliggend voegwerk.
Aan de linker zijde bevindt zich een met een anderhalfsteens segmentboog gesloten gevelopening, waarin terugliggend zich een deuropening bevindt. Onder het kalf bevindt zich een paneeldeur met een bossingpaneel en erboven een ongedeeld glaspaneel achter een smeedijzeren rooster. Het bovenlicht bezit een ongedeeld raam met een glas-in-loodvulling.
Rechts hiervan bevinden zich een met een anderhalfsteens segmentboog gesloten brede deuropening, met in het kozijn onder het kalf een gemoderniseerde invulling en erboven een vierlicht met ongedeelde ramen.
Ter hoogte van de borstwering van de eerste verdieping bevindt zich een over de volle breedte van de gevel doorlopende gepleisterde cordonband.
Op de eerste en tweede verdieping bevinden zich drie met een anderhalfsteens segmentboog gesloten vensteropeningen, met in het kozijn een schuifvenster met ongedeelde ramen.
Het bovenraam is voorzien van een glas-in-loodvulling.
De gevel wordt beëindigd met een hoofdgestel, bestaande uit een gepleisterd architraaf en fries, waarboven een geprofileerde houten kroonlijst op geornamenteerde consoles voorzien van een vrouwenkopje.
Rechter zijgevel
De gevel is, voor zover niet afgedekt door het buurpand, gepleisterd en wordt beëindigd met het houten boeiboord van de op het muurwerk gesitueerde bakgoot.
Achtergevel
De vier bouwlagen tellende topgevel is opgetrokken op de kademuur. De gevel is gepleisterd met een horizontale voegverdeling. Y-vormige ankers markeren de ligging van de balklagen.
Op de begane grond bevindt zich aan de linker zijde een met een segmentboog gesloten deuropening. In het kozijn bevinden zich dubbele paneeldeuren met tweeruits glaspanelen en een tweeruits bovenlicht. Rechts hiervan bevindt zich een met een segmentboog gesloten vensteropening, met in het kozijn een T-schuifvenster.
Op de eerste verdieping bevindt zich aan de linker zijde een balkon, begrenst met een houten hekwerk. In de gevel grenzend aan het balkon bevindt zich een deuropening, waarin dubbele paneeldeuren met een ongedeeld glaspaneel en een ongedeeld bovenlicht.
Rechts hiervan bevinden zich twee met een segmentboog gesloten vensteropening, met in het kozijn een T-schuifvenster.
Op de tweede verdieping bevinden zich drie met een segmentboog gesloten vensteropeningen, met in het kozijn een T-schuifvenster. Het rechter venster is kleiner dan de overige twee.
Op de zolderverdieping bevindt zich een met een segmentboog gesloten vensteropening, met in het kozijn een T-schuifvenster.
De gevel wordt beëindigd door het dakoverstek, waarvan het boeiboord is voorzien van een geschubde onderrand.
Kap
Het halve zadeldak is gedekt met rode en gesmoorde verbeterd Hollandse pannen.
In het voordakvlak staat een dakkapel met een plat dak, die aan de voorzijde is voorzien van pilasters die een fronton dragen. Hier binnen bevindt zich een kozijn met tweeruits stolpramen.
Beschrijving interieur per bouwlaag
Begane grond
Op de begane grond bevond zich tegen de linker bouwmuur, aansluitend aan de voordeur, een korte gang en een steektrap met bovenkwart naar de verdieping. De resterende ruimte was behoudens een kleine ruimte aan de achterzijde niet ingedeeld.
Vanuit het kleine vertrek was de achterkamer in het buurpand bereikbaar.
In 1969 worden het pakhuis en de bovenwoning samengevoegd. De hal op de begane grond wordt verbreed en van daaruit wordt een muziekkamer aan de achterzijde bereikt.
Aan de voorzijde resteert een gedeelte van het pakhuis als garage.
Eerste verdieping
De nieuwe trap vanaf de begane grond sluit aan op een overloop met toilet. De voorkamers zijn in 1969 samengevoegd tot zitkamer en de achterkamers tot woonkamer/keuken.
Tweede verdieping
De trap van de eerste verdieping sluit met een bovenkwart aan op een overloop, die loopt van een kleine voorkamer naar een slaapkamer tegen de achtergevel. De trap naar de zolder ligt boven de andere trap. In het verlengde van de trap bevinden zich een toilet en kasten. Aan de rechter zijde bevonden zich een voorslaapkamer, een alkoof en een achterslaapkamer. In 1969 zijn de slaapkamers aan de achterzijde samengevoegd en is de alkoof verbouwd tot badkamer.
Zolder
De ruimte was oorspronkelijk niet ingedeeld. Op de zolder wordt in 1969 een CV-ruimte afgescheiden.
Waardering
Cultuurhistorische waarde
Het pand is van cultuurhistorisch belang als representatief voorbeeld van een laat 19e eeuwse bovenwoning met pakhuis in een gebied dat halverwege de 17e eeuw ontstaan is als uitbreiding op de havens.
Architectonische waarde
Het pand is van architectuurhistorisch belang door het ontwerp en de detaillering van de voor- en achtergevel in eclectische stijl. Het pand is van bouwhistorisch belang door de aanwezigheid van de oude bouwmuren en het vermoeden van een ouder casco.
Gaafheid
Het pand is van belang door de gaafheid van de hoofdvorm en het exterieur. De voorgevel is in 1932 op de begane grond gewijzigd door het samentrekken van vensteropeningen tot garagedeur. De bouwkundige staat is goed.
Situering
Het pand heeft ensemblewaarde door de relatie met het tegelijkertijd gebouwde Korte Geldersekade 4. Het pand heeft stedenbouwkundige waarde als onderdeel van de gevelreeks aan de Korte Geldersekade in beschermd stadsgezicht. Het pand heeft stedenbouwkundige waarde door de markante ligging aan het Maartensgat en aan de achterzijde door de ligging aan het water van de Leuvehaven.
Bijlage
-
9122336.pdf (opent in een nieuw venster)
-
Korte Geldersekade 8
- Datering: 1911
- Oorspronkelijke functie: Woonhuis
- Bouwstijl: Traditionalisme
- Postcode: 3311CH
Algemene beschrijving
Oorspronkelijk woonhuis, later bedrijfspand en nu woonhuis.
Ligging
Het pand is gelegen op de hoek van de Korte Geldersekade, links van de Mazelaarsbrug en met de rechterzijde en achterzijde gelegen aan het water van de Leuvehaven.
Hoofdvorm
Pand op nagenoeg rechthoekig grondplan in twee bouwlagen met kap.
Bouwgeschiedenis
Tot het midden van de 17e eeuw was Dordrecht aan de rivierzijde gesloten met een stadsmuur. In de 17e eeuw ging het economisch voorspoedig in Dordrecht. De Oude en Nieuwe Haven voldeden niet meer en in 1647 besloot het stadsbestuur tot de aanleg van een nieuwe haven en handelskade. Maartensgat is vernoemd naar de aannemer Maerten Gillisz vander Pijpen. Aan het Maartensgat verrezen enkele graanpakhuizen, maar werd stilaan voor enkele rijke kooplieden een aantrekkelijke plek om te wonen.
De stadsmuur, die oorspronkelijk voor de kerk langs liep, werd ooit uitgebreid langs de Korte Geldersekade. Bij werkzaamheden aan Korte Geldersekade 8 zijn restanten van deze muur teruggevonden. De naam verwijst naar de aanlegplaats van beurtschepen op Gelderland.
Blijkens de tekeningen van 1911 werd een bestaand woonhuis verbouwd, waarbij het casco uitgezonderd de voorgevel behouden bleef. In 1911 wordt een vergunning verleend voor het verbouwen van een woonhuis tot een 'inrichting voor Elektrische Glasslijperij & Verzilvering'. De voorgevel wordt compleet nieuw opgetrokken, waarbij de huidige gevel wordt gerealiseerd. Aan de achterzijde wordt de indeling van de gevel op de begane grond gewijzigd.
Bij de verbouwing worden beide niveaus volledig leeggemaakt. Slechts een trapopgang in de hoek linksachter op de begane grond en rechtsvoor op de verdieping bevinden zich in de niet ingedeelde ruimten.
In 1941 wordt op de begane grond in de hoek linksachter een kantoorruimte gemaakt.
In 1948 wordt op de verdieping een koelcel tegen de voorgevel gerealiseerd.
In 1949 wordt (een deel van ?) de achtergevel en de kade vernieuwd.
In het derde kwart van de twintigste eeuw is het pand wederom tot woning is heringedeeld.
Beschrijving exterieur per gevel
Voorgevel
De gevel is in twee bouwlagen opgetrokken in licht rode baksteen in kruisverband met platvol voegwerk. De gevelopeningen zijn gesloten met een steens segmentboog, uitgevoerd in oranjeronde en gele strengperssteen. De zwik is gepleisterd.
Op de begane grond bevindt zich aan de linker zijde een brede deuropening met in het kozijn een dubbele deuropening met vlakke deuren en een tweeruits bovenlicht. Rechts hiervan bevinden zich twee vensteropeningen met in het kozijn een T-schuifvenster.
Op de verdieping bevindt zich in de as een deuropening met dubbele deuren met een glaspaneel.
Aan weerszijden hiervan bevindt zich een vensteropening met in het kozijn een T-schuifvenster.
Alle glasopeningen zijn voorzien van een dubbele beglazing.
De gevel wordt beëindigd met een uitkragende houten bakgoot op geprofileerde gootklossen.
Achtergevel
De drie bouwlagen tellende gevel is opgetrokken op de kademuur in licht roodbruine baksteen in kruisverband met platvol voegwerk. Ankers markeren de ligging van de balklagen.
Op de begane grond bevinden zich twee vensteropeningen met in het kozijn een ongedeelde stolpramen en een ongedeeld bovenraam.
Op de verdieping bevindt zich links een deuropening met dubbele deuren met een glaspaneel en een ongedeeld bovenlicht.
Rechts hiervan bevindt zich een vensteropening met in het kozijn een ongedeelde stolpramen en een ongedeeld bovenraam.
Op de verdieping bevindt zich een stalen balkon.
Alle glasopeningen zijn voorzien van een dubbele beglazing.
De gevel wordt beëindigd met een houten boeiboord van de op het muurwerk gesitueerde bakgoot.
Rechter zijgevel
De drie bouwlagen tellende gevel is opgetrokken op de kademuur in licht geelbruine baksteen in kruisverband met platvol voegwerk. Ankers markeren de ligging van de balklagen. De gevel inclusief de kademuur is tot halverwege de begane grond gepleisterd.
Op de begane grond bevindt zich in de as een dichtgezette deuropening, die is gepleisterd. Rechts hiervan bevindt zich een vensteropening met in het kozijn een drieruits stolpraam.
Op de verdieping bevindt zich links van het midden een smalle vensteropening met een ongedeeld raam.
Alle glasopeningen zijn voorzien van een dubbele beglazing.
De gevel wordt beëindigd met een houten boeiboord van de op het muurwerk gesitueerde bakgoot.
Kap
Het schilddak is gedekt met gesmoorde opnieuw verbeterd Hollandse pannen.
In de dakvlakken bevinden zich meerdere dakramen.
Beschrijving interieur per bouwlaag
Het pand is bij de verbouwing tot woning compleet heringedeeld.
Aan monumentale waarden resteren de enkelvoudige balklagen en de kapconstructie met twee gebinten. De gebinten bestaat uit een juk met jukbenen gepend in de jukdekbalk en daarop afgeschoord. Op het juk staat een A-spant. Over het juk en het A-spant liggen (deels vernieuwde) gordingen.
Waardering
Cultuurhistorische waarde
Het pand is van cultuurhistorisch belang als representatief voorbeeld van een vroeg 20e eeuws verbouwing, waarbij een woonhuis tot bedrijfsruimte werd getransformeerd in een gebied dat halverwege de 17e eeuw ontstaan is als uitbreiding op de havens.
Architectonische waarde
Het pand is van architectuurhistorisch belang door het ontwerp van de voorgevel. Het pand is van bouwhistorisch belang door de aanwezigheid van een ouder casco.
Gaafheid
Het pand is van belang door de gaafheid van de hoofdvorm. De bouwkundige staat is redelijk.
Situering
Het pand heeft stedenbouwkundige waarde als onderdeel van de gevelreeks aan de Korte Geldersekade in beschermd stadsgezicht. Het pand heeft stedenbouwkundige waarde door de markante ligging aan het Maartensgat, bij de brug aan de Draai, en aan de achterzijde door de ligging aan het water van de Leuvehaven.
Bijlage
-
9122337.pdf (opent in een nieuw venster)