Tag

Beerpolderweg

  • Beerpolderweg (Bunker 4)
    • Datering: 1942-1943
    • Oorspronkelijke functie: Bunker
    • Bouwstijl: Functionalisme

     

    Algemene beschrijving

    Groep samenhangende betonnen bunkers, Tobruks en andere bouwwerken, behorend tot het Duitse Stützpunkt Moerdijk ter verdediging van de Moerdijkbruggen tijdens de Duitse bezetting, 1940-1945.

    De groep bestond in totaal oorspronkelijk uit 21 bunkers, waarvan er op het Eiland van Dordrecht, in Willemsdorp, nog 4 (in 3 standaard bouwtypen) zijn overgebleven. Verder zijn er nog 3 Tobruks (in 2 standaard bouwtypen) aanwezig. De beschrijving betreft de 7 individuele bouwwerken.

    Historie

    De Atlantikwall geldt als een van de grootste bouwwerken van de 20e eeuw. Nazi-Duitsland bouwde de linie tijdens de Tweede Wereldoorlog tussen 1942 en 1945 om een geallieerde invasie van het Westeuropese vasteland vanuit zee onmogelijk te maken. Aanleiding voor de bouw was de dreiging van een langdurige twee frontenoorlog voor Duitsland toen, na het verlies van de luchtoorlog tegen Groot-Brittannië eind september 1940, een jaar later ook de Duitse opmars in de Sovjet-Unie tot staan kwam. Om de zwakke verdediging van de kuststrook in het Westen te versterken, begonnen de Duitsers eind 1941 met de aanleg van een kustverdedigingslinie. Deze zogenaamde Neue Westwall - ter onderscheid van de Westwall, een 630 kilometer lange verdedigingslinie langs de westgrens van Duitsland zelf - moest strategische locaties zoals havens, steden en industriegebieden langs de gehele kust van Noorwegen tot aan de Frans-Spaanse grens versterken. Zo zou met relatief weinig militairen een vijandelijke invasie kunnen worden verhinderd, was het idee.

    De aanleg van de Neue Westwall, later om propagandistische redenen omgedoopt tot Atlantikwall, vorderde aanvankelijk nauwelijks. De angst voor een geallieerde invasie werd na 1942 echter zo groot dat alle beschikbare mankracht voor de kustverdediging werd ingezet. Ook Nederland kreeg al gauw met de gevolgen daarvan te maken. In april 1942 werden langs de hele kust het strand en de duinen tot verboden gebied (Sperrgebiet) verklaard. Vanaf 1 juli 1942 gold een algemeen bouwverbod omdat een groot deel van de bouwcapaciteit gebruikt moest worden voor de aanleg van de Atlantikwall. De oorspronkelijke plannen voorzagen in de bouw van 15.000 bunkers aan de Nederlandse, Belgische en Franse kust. Maar door gebrek aan arbeidskrachten, materieel en brandstof waren er op de einddatum van 1 mei 1943 slechts 6000 bunkers opgeleverd. Daarvan stonden er 510 in Nederland, in plaats van de geplande 2000.

    De Atlantikwall was een serie losstaande, zelfstandige en aan alle kanten te verdedigen kleinere en grotere steunpunten die elkaar vuurondersteuning konden geven. In veel gevallen bestonden ze uit bomvrije bunkers, soms met een muur- en dakdikte van zeker twee meter gewapend beton. Al naar gelang hun betekenis en grootte worden de steunpunten Widerstandsnest, Stützpunkt, Stützpunktgruppe, Verteidigungsbereich of Festung genoemd. Het Widerstandsnest is het kleinste steunpunt, Festung - de havens en de toegangen tot deze havens - het grootste.

    In Nederland waren vier Verteidigungsbereiche: Den Helder, IJmuiden, Hoek van Holland en Vlissingen. In 1944 kregen Hoek van Holland en IJmuiden de status van Festung. Een Stützpunktgruppe = zoals de Stützpunktgruppe Moerdijk - bestaat uit meerdere eenheden 1 en 2 maar is door één systeem van passieve weermiddelen omgeven. Te denken valt aan anti-tankmaatregelen zoals in het polderland tankgrachten, op dijken rijen spoorstaven schuin in beton. Hierachter infanterie met mitrailleurs, vlammenwerpers en mortieren. Deze Gruppen waren verdedigingseenheden die objecten van minder strategische waarde verdedigden, zoals kleine vissershavens, bruggen, kustbattterijen, vliegvelden e.d. De kustverdediging bestond naast de bezetting van de steunpunten zelf, uit batterijen met kust- en luchtafweergeschut, en uit radarinstallaties. De batterijen waren gewoonlijk samengesteld uit een vuurleidingspost (waar observaties en metingen werden gedaan), geschutsemplacementen, woonschuilplaatsen voor de manschappen en bergplaatsen voor munitie en bijvoorbeeld aggregaten. De verdedigingswerken waren onderling verbonden met ondergrondse loopgraven.

    De Organisation Todt, genoemd naar de oprichter Fritz Todt, was verantwoordelijk voor de bouw van de Atlantikwall. De organisatie schakelde daarvoor honderdduizenden arbeiders in. Aanvankelijk werd het werk door betaalde arbeiders en krijgsgevangenen uitgevoerd. Maar bij gebrek aan voldoende arbeidskrachten werden later burgers als dwangarbeider ingezet, bijvoorbeeld in Noorwegen en Frankrijk. Ook Duitse soldaten werkten aan de bouw mee. Op het hoogtepunt van de werkzaamheden waren er in totaal een half miljoen mensen bij betrokken.

    Net als in andere landen, maakten de Duitsers in Nederland gebruik van goedbetaalde plaatselijke onderaannemers. De arbeiders werden vrijwillig gecontracteerd of door de Duitsers via de Arbeitseinsatz, de gedwongen tewerkstelling, ingeschakeld. Op verschillende plaatsen in Nederland waren werkkampen voor Atlantikwallarbeiders. De Duitsers maakten voor de Atlantikwall waar mogelijk gebruik van bestaande Nederlandse verdedigingswerken, ook op het Eiland van Dordrecht.

    Al kort na de bevrijding werd begonnen met het slopen en opruimen van bunkers en verdedigingswerken. Dat was ingegeven door praktische, maar vooral ook psychologische redenen. De verdedigingswerken waren symbolen van de bezetting waaraan men niet meer herinnerd wilde worden. De honderdduizenden mijnen op het strand, in zee en in de duinen werden geruimd, veelal met behulp van Duitse krijgsgevangenen. In de zomer van 1946 was het strand van Scheveningen weer toegankelijk voor badgasten. Tijdens de Wederopbouw werden bunkers ook gebruikt voor (nood)huisvesting.

    Toen de Koude Oorlog begon werden de bunkers ook gezien als mogelijke schuilplaats voor de burgerbevolking. Herbestemming voorkwam de sloop van veel bunkers. In de jaren 60 zijn veel bunkers op de Zeeuwse en Zuid-Hollandse eilanden gesloopt omdat ze als een gevaar werden gezien voor de veiligheid van de kust. Niet geheel ten onrechte, want tijdens de Watersnoodramp van 1953 bleek dat diverse dijken waren doorgebroken op plaatsen waar zich een bunker in het dijklichaam bevond.

    Op het Eiland van Dordrecht is een groot aantal bunkers verdwenen in verband met de aanpassingen en verbreding van de Rijksweg en de Moerdijk verkeersbrug in de jaren 70 van de 20e eeuw.

    Ligging op het Eiland van Dordrecht

    Op het Eiland van Dordrecht zijn in het kader van het Atlantikwall-programma de volgende bunkers en aanvullende werken gebouwd:

    • Park Merwestein: 5 zware commandobunkers voor het hoofdkwartier van de 719e Infanterie Division die als voornaamste taak de bouw, inrichting en bewaking van de Atlantikwall vanaf Den Haag tot Middelburg had (niet meer aanwezig);
    • Spoorbrug over de Oude Maas: 1 zware telefoonbunker, deze verving het bakstenen PTT huisje waarin de verbindingen op de (inter)nationale telegraaf- en telefoonlijnen zaten van het divisiehoofdkwartier;
    • Moerdijkbruggen: 21 zware personeel- , luchtafweer- en pantsergeschutbunkers ten behoeve van de verdediging (voornamelijk luchtafweer) van de, voor de verdediging van de Atlantikwall zeer belangrijke, rivierovergangen; Dit Stützpunkt Moerdijk, aan beide zijde van de Moerdijkbrug bestond op het Eiland van Dordrecht uit het Baupunkt 95 (met 12 bunkers, type 501, 502, 504 en 621) en Baupunkt 97 (met één bunker, type 622) (nu nog in totaal 4 aanwezig)
    • Moerdijkbruggen: de twee Nederlandse brugkazematten werden geheel verbouwd waarbij de schietgaten zijn verplaatst naar de noordkant, de Nederlandse mitrailleurkazemat bij de Spoorbrug werd verbouwd tot luchtafweerbunker en de vlak daarbij gelegen Nederlandse Groepsschuilplaats werd opgenomen in een Zoeklichtstelling;

    Bij de bovengenoemde bunkers lagen nog vele lichtere betonnen en bakstenen bouwwerken en ook barakken.

    St.P.Gr. (Stützpunkgruppe) Moerdijk

    Aan beide kanten van de over het Hollands Diep gelegen Moerdijkbruggen (spoorweg en verkeersweg) ligt Stützpunktgruppe Moerdijk. Dit is de enige sterk uitgebouwde locatie in de Atlantikwall die niet direct aan de kust ligt. De reden hiervan is dat de bruggen over het Hollands Diep van groot belang waren voor de verdediging van Nederland.

    Tijdens de invasie van Nederland door de Duitsers in mei 1940 zijn er hevige gevechten geweest tussen het Nederlandse en het Duitse leger. Het Nederlandse leger had in de omgeving van de Moerdijkbruggen een aantal kazematten gebouwd. Toch slaagden de Duitsers er in om de bruggen te veroveren. Tijdens het Winterausbauprogramm - lopend van september 1942 tot en met april 1943 - werden door de Duitsers een groot aantal bunkers gebouwd in de directe omgeving van de Moerdijkbruggen. De toegangswegen richting de Stützpunktgruppe werden versperd door middel van betonnen blokken, zogenoemde drakentanden, tobruks en een tankmuur. Ook werden de door de Nederlanders gebouwde kazematten hergebruikt.

    Tijdens de bevrijding van Nederland eind 1944 hebben er rondom de Moerdijkbruggen wederom hevige gevechten gewoed tussen de geallieerden en de Duitse bezetters.

    De Stützpunktgruppe Moerdijk bestond uit de volgende Baupunkten:

    • Baupunkt 95, Autobahn-Nord. Hiervan resteren nog één type 501, twee type 502 manschappenbunkers en drie tobruks.
    • Baupunkt 96, Autobahn-Sud. Op deze locatie zijn alle bunkers gesloopt.
    • Baupunkt 97, Eisenbahn-Nord. Bunker type 622 manschappenbunker is nog aanwezig.
    • Baupunkt 98, Eisenbahn-Sud. Van de twee gebouwde type 621 manschappenbunkers, resteert er nog 1.
    • Baupunkt 99, Hafen Moerdijk. Op deze locatie was één type 622 manschappenbunker gebouwd, deze is gesloopt.
    • Sperre 131. Een aantal blokkades van de wegen die toegang hadden tot de St.P.Gr. zijn aan de zuidkant van de Moerdijkbruggen nog aanwezig.

    Typen versterkingen

    Algemene beschrijving bunkers

    Bunker is oorspronkelijk een Engels woord en betekent zoveel als bergplaats. Engelsen en Amerikanen gebruiken het woord als aanduiding voor een beschermde bergplaats voor munitie en andere militaire waar, in uitzonderingen ook voor een beveiligd onderkomen voor mensen (militair of civiel).

    Bunker in het Duits militaire jargon betekent bergplaats en militaire of civiele schuilplaats. In de Nederlandse volksmond staat bunker voor een betonnen, meestal militair bouwwerk ongeacht de functie.

    In Nederland werden door de Duitsers 2069 bunkers gebouwd, waarvan 1982 Regelbauten en 87 afgeleide ontwerpen. In de Baupunkte 95 en 97 van de Stützpunktgruppe Moerdijk werden 5 standaardtypen gebouwd: 501, 502, 504, 621 en 622. Alleen van de typen 501, 502 en 622 zijn nog exemplaren aanwezig.

    Tijdens de bezetting is de Nederlandse brug- of rivierkazemat Willemsdorp I door de Duitsers hergebruikt en omgebouwd. De oorspronkelijke voorzijde (zuidkant) met twee schietopeningen voor kanon en mitrailleur werd de achterzijde waarbij één schietopening veranderde in een ingang. De oorspronkelijke achterzijde (noordkant) kreeg twee nieuwe schietopeningen en een groot afdak. Aan deze zijde werd ook een Duitse Tobruk bijgebouwd.

    De Nederlandse zware mitrailleur of VIS-kazemat Hollandsch Diep II is ook omgebouwd en hergebruikt door de Duitsers en voorzien van een opstelling voor een Flugzeug Abwehr Kanone (FLAK-Stellung).

    Algemene beschrijving Tobruks

    De naam Tobruk is afgeleid van de plaats Tobruk (in Libië, in Noord-Afrika), waar ze in 1941 voor het eerst werden gebouwd door het Italiaanse leger.

    De Duitsers namen het model over en vanaf 1942 werden ze in Europa geïntroduceerd. Het zijn gewapend betonnen gevechtsruimtes met een 8-hoekig of rond gat aan de bovenzijde. Er zijn verschillende Bauformen (varianten), waarvan het type 58c het meest voorkomt. De bunker wordt gewoonlijk bezet door 1 persoon, als observatiepost of als nabijverdediging met een machinegeweer model MG 34 of MG 42.

    In mei 1943 kwamen er richtlijnen voor de bouw van Tobruks. Zo moesten de muren en het dak bestaan uit 40 cm gewapend beton.

    Er werden vier basistypen voor de bouw vrijgegeven, waarvan er twee gebouwd op het Eiland van Dordrecht:

    • 58c - Ringstand (achteckig) 11 m³
    • 58d - Ringstand (rund) 11 m³

    Tot oktober 1944 waren het aantal typen Tobruks behoorlijk uitgebreid tot 47 verschillende modellen. Derhalve werd ook voor het type 58 c en d een nieuwe nummering ingevoerd: 201 achthoekig (oud 58c), 202 rond (oud 58d); Ringstände für MG, l.Gr.W., Beobachter und Lichtsprechgeräte.

    Waardering

    Cultuurhistorische waarde

    Herinnering aan de vanwege de Moerdijkbruggen strategische belangrijke positie van het Eiland van Dordrecht tijdens gehele WOII, maar speciaal in de periode mei 1940 (inval/oorlog) en eind 1944-begin 1945 (bevrijding).

    Architectonische waarde

    De bunkers aan Dordtse zijde die nu nog aanwezig zijn, zijn in principe gebouwd volgens vastgestelde typen of Regelbauten: 501 (1x), 502 (2x) en 622 (1x). Bij één bunker van het type 502 heeft een uitbreiding met een gevechtsopstelling - FLAKstellung - plaatsgevonden.

    De drie nog aanwezige tobruks zijn gebouwd volgens de vastgestelde typen of Regelbauten 58c (achthoekig) en 58d (rond).

    Twee Nederlandse brugkazematten zijn door de Duitsers omgebouwd voor eigen gebruik. Elk voor zich zijn de bunkers en de tobruks niet waardevol, maar het ensemble van de Stützpunktgruppe Moerdijk en met name de Baupunkte 95 en 97 zeker wel.

    Typologisch vormen de bunkers geen bijzonderheid maar krijgshistorisch zijn de Stützpunktgruppe (en de Baupunkte) belangrijke getuigen van de harde strijd die vanaf de herfst 1944 werd gevoerd om de bevrijding van Nederland.

    Situering

    De Moerdijkbruggen vormden een belangrijk militair object dat als enige in de Atlantikwall - ver achter de kust - krachtig met bunkers werd verdedigd.

    Gaafheid

    De Baupunkte 95 en 97 bestonden oorspronkelijk in totaal uit 13 bunkers. Daarvan resteren er nu nog slechts vier, met daarbij nog drie van de oorspronkelijk circa 20 tobruks. Het Stützpunkt is als ensemble dus sterk uitgedund, maar er zijn nog wel drie van de oorspronkelijk vijf gebouwde bunkertypen of Regelbauten over. Deze liggen op korte afstand van elkaar. De afbraak van bunkers na 1945 is grootschalig geweest vanwege zowel rationele (kustverdediging in civiele zin)als emotionele argumenten (damnatio memoriae: niet herinnerd willen worden aan deze periode).

    De betonconstructie van de bunkers leent zich niet echt voor ingrijpende wijzigingen en de overblijvende verkeren in goede staat. Ze zijn op openbare locaties meestal ontoegankelijk gemaakt: afgesloten, dichtgezet of dichtgemetseld. Op particulier terrein zijn ze meestal in gebruik als opslagplaats.

    Unieke waarde

    De Stützpunktgruppe Moerdijk, behorend tot de Atlantikwall, is de enige sterk uitgebouwde locatie die niet direct aan de kust ligt. De reden hiervan is dat de Moerdijkbruggen over het Hollands Diep van groot belang waren voor de verdediging van Nederland.  

    Publicaties

    • Eiland van Dordrecht, fietsroute bunkerlinie, Bureau Monumentenzorg & Archeologie gemeente Dordrecht, 2004
    • Dordrecht in verdediging, achtergrondinformatie bij de fietstocht op 6 en 7 september 2014, Drs. C. Weltevrede en Ing. J. Schreuder, 2014

    Bijlage


    Externe links



Woont u in Dordrecht in een gemeentelijk- of rijksmonument en wilt u zelf ook een monumentenschildje op uw pand? Bestel hier een schildje (met of zonder QR code).